Willemstad – De Curaçaose burgerluchtvaartautoriteit heeft een dikke onvoldoende gekregen van de International Civil Aviation Organization (ICAO).

Maar die 4,6 geeft een vertekend beeld en ICAO maakt zich bovendien absoluut geen zorgen over de veiligheid van de Curaçaose luchtvaart.

Dat was de boodschap van minister Zita Jesus-Leito (PAR) van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning (VVRP) en directeur Hans de Jong van de Curaçaose burgerluchtvaartautoriteit (Curaçao Civil Aviation Authority, CCAA) gistermiddag tijdens een persconferentie. In een toelichting nuanceerden zij de beoordeling van ICAO. Het is een voorlopig resultaat.

Curaçao heeft 90 dagen om de score te verbeteren, met name door de luchtvaartwetgeving voor elkaar te krijgen, voldoende deskundig personeel in dienst te nemen en de nieuwe handboeken te implementeren. Na die drie maanden volgt een definitief rapport van ICAO. De burgerluchtvaartautoriteit heeft vervolgens 45 dagen om daarop te reageren.

De 46 procent score op zo’n 1.000 vragen, moet in werkelijkheid 58 procent zijn, dus een 6-, benadrukt de VVRP-minister. De zes auditors van de internationale organisatie die van 2 tot en met 12 september op het eiland waren om hun oordeel te vormen over de Curaçaose luchtvaart hebben onterecht de lage score van 2008 voor ‘Accidents and Incidents’ (22 procent) meegenomen en dat heeft zijn weerslag op het gemiddelde resultaat. De Jong heeft de zaak aangekaart.

Destijds gebruikte ICAO een ander systeem dat je niet kunt vergelijken met het huidige. De audit betrof de Nederlandse Antillen en nu Curaçao. Maar ook met een dikke onvoldoende is er geen sprake van dat de veiligheid niet in orde is. ‘No safety concern’, luidt het oordeel van de ICAO-auditors.

De CCAA-directeur zegt het voorlopig resultaat van de audit wel degelijk serieus te nemen. ,,Het is een onvoldoende, dus het kan beter. We hebben hier en daar dingen laten liggen. Maar de audit van ICAO kwam onverwacht en eigenlijk te vroeg.” De Jong zegt in november 2017 te zijn begonnen met de opdracht om Curaçao terug te brengen naar de categorie-1 status van de Amerikaanse Federal Aviation Administration (FAA).

Geen gevolgen voor categorie-1

Curaçao viel in 2012 terug naar categorie-2 wat gevolgen heeft gehad voor de vliegconnecties. De verwachting was dat de tienjaarlijkse audit van ICAO het hele Koninkrijk zou betreffen, maar in juni 2018 werd bekend dat de aandacht op Curaçao werd gericht. De Jong:

,,We hebben het afgelopen jaar veel in werking gezet. Maar die tijd was onvoldoende om mensen aan te kunnen nemen die bijvoorbeeld de herschreven handboeken kunnen implementeren.”

Bovendien is er bij ICAO sinds 2018 veel veranderd op het gebied van verantwoording en informatieverstrekking door de landen. De beoordeling van ICAO heeft geen gevolgen voor het teruggaan naar categorie-1. Dat is een aangelegenheid van de FAA in de Verenigde Staten. Maar het onderzoek van de internationale organisatie voor de burgerluchtvaart is wel een belangrijke stap.

,,Als de wetgeving rond is en we andere zaken hebben verbeterd, zullen we een audit aanvragen bij de FAA”, zegt minister Jesus-Leito. Het ICAO-oordeel volgde op de beantwoording van 1.000 vragen over acht onderwerpen. Volgens De Jong is het een methode die de organisatie wereldwijd toepast. ,,Is de wetgeving op orde? Welke onderliggende regelgeving bestaat er, welke landsverordeningen? Beschikt de burgerluchtvaartautoriteit over voldoende en voldoende deskundig personeel?”, noemt De Jong als voorbeeld.

Daarnaast wil ICAO bijvoorbeeld alles weten over de wijze waarop vergunningen worden uitgegeven en brevetten aan piloten en luchtverkeersleiders. Veel vragen zijn gericht op hoe zaken worden gedocumenteerd: procedures, checklisten, et cetera. Op elke vraag, elke sub-vraag volgt een oordeel: ‘satisfactory’ of ‘non-satisfactory’.

,,We zijn op de goede weg”, zegt De Jong. ,,Dat is gebleken uit gesprekken met de auditors. Maar tegelijkertijd zijn er een aantal zaken die nog in de steigers staan en onvoldoende zijn uitgekristalliseerd.”

De Jong noemt als voorbeeld de wetgeving. Omdat de landsverordening nog niet van kracht is, heeft ICAO die niet meegenomen in de beoordeling. Hetzelfde geld voor het personeelsbestand van CCAA.

,,De Raad van Ministers heeft goedgekeurd dat het aantal formatieplaatsen toeneemt van 19 naar 22. Daarvoor hebben we veel waardering gekregen. Maar er is nog geen invulling gegeven aan de vacatures, dus konden we daar niet op worden beoordeeld.”

Het is nu zaak om de tekortkomingen vast te leggen in een actieplan. ,,Als we ons best doen en hard werken, zorgvuldig en contentieus, dan kunnen we een veel hogere score halen”, aldus De Jong.

Bron: Antilliaans Dagblad