30 C
Willemstad
• woensdag 24 april 2024 19:47

Ingezonden | Waarom ik de hond van de buurman heb gestolen

Ingezonden brief

Uw ingezonden brief in de Knipselkrant Curacao? Stuur uw brief voor 21:00 uur naar emailadres INGEZONDEN. Wij publiceren uw brief zonder deze in te korten. De redactie van de Knipselkrant Curacao is niet verantwoordelijk voor de inhoud. Ingezonden stukken die opruiende of dreigende taal bevatten worden door ons niet gepubliceerd.

Vandaag laten we Luisa Maria van Lieshout aan het woord.

Ik schrok van wat ik zag. De hond van de buurman zat vast aan een ketting van anderhalve meter. De ketting zat aan een watertank onder de blote hemel. Het zag er heel eenzaam uit. Het was een halfhoge hond, zoals zoveel hier op Bonaire. Chocoladebruin, een witte nek, kleine flapoortjes. Ze leek niet gevaarlijk maar wat weet ik ervan?

“Hé liefje”, zei ik tegen de hond, “zit je hier helemaal alleen?” De hond kwispelde, keek afwisselend onderdanig en blij. Dacht ik. Ze hield zich laag, is dat geen teken van onderdanigheid? Ik ging op mijn hurken voor haar zitten. Er stonden twee pannen, een met wat water, de ander met stukken brood. Onder de watertank een ondiepe kuil waar ze misschien wat kon schuilen. “Liefje hoe gaat het?”

Ja, hoe zou het met haar gaan. Ik hoorde dat ze al een jaar aan deze watertank vastzit. 24 uur per dag, 7 dagen in de week. De buurman woont ergens anders. Hij komt eens per dag water en eten neerzetten en vertrekt weer. Dan schijnt hij de hond niet eens even los te laten. Toen ik het hoorde, probeerde ik het niet te horen. Ik weet dat je niets kunt doen. Honden mogen hier mishandeld worden. Als ze niet verhongeren, kunnen de instanties niet veel.

Ik bracht mijn hand langzaam naar haar nek, naar de clip van de ketting. Ze bleef rustig. Ik maakte de ketting los. Ze begon vrolijk om me heen te rennen. Niks mis met deze hond. “Ga je even mee wandelen?” vroeg ik. Mijn eigen hond Charlie rende voor me uit. De hond liep met ons mee. Toen ze bleef staan, lokte ik haar met hondenkoekjes. Na honderd meter kreeg ze het moeilijk. Of dacht ik dat maar? Of zag ik echt dat ze niet meer goed kon lopen?

Sindsdien kon ik niet meer slapen. Ik dacht alleen maar aan de hond van de buurman. En aan de regen van het afgelopen seizoen. En aan de zon. Aan het vuurwerk. Aan haar droge mond. Aan de eenzaamheid. De volgende ochtend ging ik er weer heen, haar water was al op. De buurman zou pas aan het eind van de middag komen. Zat ze hier overdag altijd zonder water?

Ik bracht water, maakte haar los, speelde even met haar, legde haar weer vast. Deed haar halsband losser, die zat twee gaatjes te strak. Liet haar een halve dag los. Toen ik terugkwam, lag ze braaf voor het kunukuhuisje te wachten. Ik maakte haar weer vast. Liep met Charlie naar huis met mijn hart in mijn schoenen. Keek om, de hond keek ons na. Charlie rende vrij voor me uit.

Het telefoonnummer van de buurman had ik niet. Wel dat van zijn dochter. Ik appte haar. ‘Beste dochter, hebt u voor mij het nummer van uw vader? Zijn hond zit de hele dag alleen aan de ketting op de kunuku. Ik kan daar niet goed tegen. Ik wil graag bespreken of er een andere oplossing is. Vanochtend was haar water ook op. En haar halsband zat te strak. Ik heb de hond losgemaakt.’ Ik zag dat ze mijn berichtjes meteen las. Maar ze reageerde niet. ’s Middags belde ik haar. Geen gehoor.

De derde nacht hoorde ik dat de hond bleef blaffen. Dat was mijn eigen schuld. “We gaan haar halen”, zei ik tegen Charlie.

Sindsdien is ze bij ons. Ik ben met haar naar de dierenarts geweest, alles was goed. Ze zag en ziet er goed uit. Ik heb een briefje tussen de ketting van de poort van de buurman gedaan. ‘Beste buurman, je hond is bij mij. Bel je me even? 7950345. Groetjes, Luise.’

Nu, een dag later, zit het briefje er nog.

Via via hoorde ik dat de buurman heel kwaad is op mij en stappen gaat ondernemen. Hij wil niet met me praten. Ik ben niet bang voor stappen. Niet voor de politie. Ik ben niet bang om opgepakt te worden. Prima. Wel ben ik bang dat de buurman mijn Charlie gaat vergiftigen. Je mag niet zomaar iemands kunuku betreden. En de hond meenemen. Ik ga dit hoe dan ook verliezen. Ik zou de hond weer bij de buurman aan de ketting moeten leggen. Maar ik kan het niet.

Luisa Maria van Lieshout,
Bonaire

6 reacties

  1. Een heel goede en dappere actie van Luis Maria.

    31 december 2010 hebben wij 2 hondjes – toen nog pubs van een paar maanden – van een ‘ongeïnteresseerde’ buurtbewoner weggenomen. De beestjes waren op oudjaarsavond! helemaal alleen gelaten in een soort metalen kooi die in een tuin stond.

    In paniek, door het niet aflatende zware vuurwerk (wij wonen niet zover van een Chinese en Indiase gemeenschap), hebben ze zich onder de kooi doorgegraven en probeerden bij de overburen een tuinmuur te beklimmen, hetgeen natuurlijk niet lukte want daar waren ze veel te klein voor.

    Gelukkig zag mijn echtgenote dat. Ik heb ze toen van straat gehaald, gekalmeerd en uiteraard de nodige (‘veterinaire’) verzorging gegeven. Een van de hondjes, beiden teefjes, had haar rug bovenop helemaal opengehaald aan de onderzijde van de metalen kooi. De dierenarts had al aangegeven dat het haar nooit meer zou terug groeien. Haar huid is gelukkig helemaal hersteld.

    Nooit enige claim gekregen van de voormalige eigenaar (toen nog onbekend voor ons), want hij/zij/ze wist(en) dondersgoed dat hij/zij/ze niet echt van honden hield(t)(en).

    Ongeveer een half jaar later zag mijn vrouw langs de drukke Weg naar Santa Catharina een pub van slechts enkele weken oud. [De locatie was ongeveer 100 meter van de plek waar de bovenvermelde hondjes werden aangetroffen]. De dag tevoren had zij het beestje ook al gezien. Ik ben er toen direct op afgegaan. Net op tijd. Hij (het bleek een jongetje te zijn) stond midden op de rijbaan aan het asfalt te likken. Nog geen 30 seconden later nadat ik hem van de weg had gepukt denderde er een 30 tons truck met meer dan 80 km per uur richting Koraal Tabak (weer illegale vuil dump?).

    Deze pup was op sterven na dood. Bij zijn achterpootjes kon je dwars door het vel naar de andere kant kijken. Het was een zielig hoopje hond met veel problemen. Na regelmatige bezoeken aan de dierenkliniek gedurende enkele maanden, kwam ‘Pukkie’ er weer helemaal bovenop. Het is een mooie, lieve en dankbare hond, net als trouwens zijn ‘zusjes’.

    Bij het appartement waar de 2 teefjes voorheen hadden gezeten was intussen een andere pup verschenen, die wij toen “Blondy’ hebben ‘gedoopt’’. Soms ontsnapte ze vanuit haar tuin en kwam dan bij ons aan de poort om Pukkie te lokken. Het was ‘liefde op het eerste gezicht’ tussen die twee. Zo nu en dan lieten we Pukkie en Blondy met elkaar spelen. Dat had wel tot gevolg dat ze regelmatig voor onze poort stond omdat ze thuis vermoedelijk geen aandacht kreeg. Hoogstwaarschijnlijk was Blondy een zusje van Pukkie want ze leken sprekend op elkaar [half of kwart kleinere soort Fila Brasileiro]. Alleen de kleur was anders.

    Het bleek dat Blondy van een jongedame was die met haar familie in het appartementje woonde. Enkele maanden later sloeg “Karma’ toe. We hoorden dat zij bij een auto-ongeluk op Bonaire om het leven was gekomen. Zoiets wens uiteraard niemand toe, maar het leven neemt soms onverwachte wendingen.

  2. Kan me voorstellen dat de commentpolis in de kleuren schiet want laten we nou wel wezen hoeveel NL laten hun dier niet in het bos acphter als zij op vakantie gaan en nog een kleine anecdote mijn buurman is 2 mnd geleden voorgoed naar Nl vertrokken zonder de moeite te nemen zn 3 dieren naar het asiel te brengen. Dat hebben buurtb ewoners moeten doen van JT. Dus helaas hufters bestaan overal.

Geef een reactie

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Lees ook

Meer recente reacties