Willemstad/New York – Een team van The New York Times (NYT) heeft in samenwerking met de serie Frontline van PBS (Public Broadcasting Station) journalistiek onderzoek gedaan naar ‘The Offshore Game of Online Sports Betting’ en belandde daarbij op Curaçao.

,,Het verhaal van Pinnacle Sports is een case study over hoe goksites, illegaal in de Verenigde Staten, toch operationeel kunnen zijn op Amerikaans grondgebied”,

aldus ’s wereld bekendste krant gisteren in een uitgebreid artikel, gepubliceerd in zowel de printversie – prominent op de voorpagina – als online.

Pinnaclesports.com is het zeer succesvolle sportgokbedrijf met hoofdvestiging – tot voor kort, althans – in ‘een oudbakken hotel op het kleine Caribische eiland Curaçao’, aldus de krant. Jarenlang hebben ondernemingen geavanceerde technologie ingezet om de Amerikaanse justitie op afstand te houden. De constante factor: het internet.

De verslaggevers van NYT deden een poging om de directie van Pinnacle te interviewen in het hoofdkwartier in het Holiday Beach Hotel & Casino. Maar op de ochtend dat de reporters arriveerden, begon het bedrijf met de verhuizing van computers en meubilair naar een andere locatie op Curaçao.

,,Degenen die achterbleven wensten niet te praten.”

Bij het artikel op de website staat een video waarin is te zien hoe de journalisten proberen informatie los te krijgen.

Toch haalt de gezaghebbende krant wel een paar keer verklaringen van Pinnacle aan. Zo meldt het bedrijf zich geen zorgen te maken over zijn digitale aanwezigheid in de Verenigde Staten (VS).

,,Alle content wordt legaal geleverd vanuit Curaçao. We gebruiken enkel Amerikaanse ‘traffic acceleration’-bedrijven, maar dat is volledig in overeenstemming met de Amerikaanse wetgeving.”

Bezoekers omgeleid

Tegelijkertijd constateerde NYT met behulp van internetmeetonderneming Dyn dat het verkeer naar Pinnacles website afkomstig van Amerikaanse bodem afgelopen week op slag verschoof. Dyn kon meten dat Amerikaanse bezoekers donderdag vanaf 13.00 uur Eastern Time werden omgeleid.

Voordien ging het verkeer naar de dichtstbijzijnde stad in de VS met CDNetworks-apparatuur; daarna verplaatste dit zich naar CDNetworks in Europa en elders. CDNetworks werkt voor Pinnacle. Onlangs nog verkreeg de krant met behulp van publiekelijk beschikbare internetmeetinstrumenten de bevestiging dat de inhoud van pinnaclesport. com in de omgeving van New York werd geleverd door CDNetworks.

Hoewel dus wordt gesteld dat het om ‘traffic acceleration’ zou gaan, betreft het volgens het dagblad in werkelijkheid netwerken die content aanbieden.

Om aan te tonen dat het echt niet moeilijk is om vanuit de VS te gokken, maakte een verslaggever van NYT een account aan. Een medewerker van Bet-IBC, die zichzelf een agent van Pinnacle Sports noemt, gaf aan dat het te vergokken geld via Western Union overgemaakt moest worden naar Krakow in Polen. IBC gaf de instructie om in te loggen via een proxy server, om daarmee te doen voorkomen dat de connectie vanuit het buitenland werd gemaakt. Het bedrag van 300 dollar, waarmee de reporter wilde sportsbetten, werd daarna gestort op de rekening van Pinnacle.

Nadat NYT aan Pinnacle liet weten dat het dus wel mogelijk is om vanaf de VS een gokje te wagen, stuurde de agent geïrriteerd:

,,We hebben uw account afgesloten en het geld geconfisqueerd.”

Volgens Pinnacle zelf trok het bedrijf zich in 2007 terug uit Amerika. Met internetgokken zijn volgens de New Yorkse krant miljarden gemoeid. Dat zou onder andere blijken uit jaarstukken die Pinnacle eerder moest deponeren in het Britse Kanaaleiland Alderney, waar Pinnacle een vergunning kreeg.

Na vervolging door de VS-autoriteiten werd de vergunning van Alderney opgegeven en op het moment beschikt het bedrijf naar eigen zeggen over vergunningen op Curaçao en Malta.

De redacteuren van de New York Times vragen zich af of online gaming en internetgokken, verboden in de VS, wel is tegen te houden of dat het wellicht beter is het eenvoudigweg te legaliseren. Overigens blijft het gokgeld van offshore sportsbetting vaak grotendeels in Amerika zelf, waar het via allerlei wegen als cash buiten beeld moet blijven.

Bron: Antilliaans Dagblad