Koen Voskuil | Algemeen Dagblad

Giuseppe T. was jarenlang een spil in de internationale drugshandel. Sinds hij is overgelopen naar justitie, verlinkt hij zakenpartners uit de Amsterdamse onderwereld. Zijn verhaal doet denken aan een heuse speelfilm. ,,Er waren dagen dat er drie à vier auto’s per dag, elk met 20 kilo coke, naar Italië reden.”

Achter zijn jongensachtige gezicht en stekeltjeskapsel zou je niet meteen een maffiakopstuk zoeken. Maar schijn bedriegt: toen T. in 2003 na een gevangenisstraf vrijkwam, groeide hij uit tot een belangrijke schakel in de cocaïne-import voor verschillende clans van de ‘Ndrangheta, de machtige maffiatak uit Zuid Italië.

Nadat T. betrokken was bij een partij cocaïne van duizend kilo die nooit in Nederland aankwam, vreesde hij door zijn eigen organisatie te worden geliquideerd. In 2015 gaf hij zich over aan justitie in Italië. Sindsdien doet hij een boekje open over zijn verleden als internationale drugshandelaar.

Wie zijn de ‘Ndrangheta

De cocaïneproductie is op recordhoogte

Er wordt jaarlijks een lijn van 108.000 kilometer cocaïne opgesnoven

Cocaïne

Soms werd de coke getranspor­teerd naar Italië met een container­schip of vliegtuig

,,Ik was samen met mijn neven en zwager betrokken bij de import van cocaïne vanuit Zuid Amerika naar Europa”, vertelt de Italiaan. ,,Soms kregen we het van Colombianen in Amsterdam. Soms direct uit Colombia. En soms werd het getransporteerd naar Italië met een containerschip of vliegtuig.”

Twee Amsterdamse rechercheurs, een Amsterdamse officier van justitie en een tolk hangen zaterdag 21 april 2018 aan de lippen van het voormalig maffialid. De dan 39-jarige Giuseppe T. vertelt honderduit over zijn criminele activiteiten in Colombia en Amsterdam. Hij praat in zo’n hoog tempo dat de tolk hem nauwelijks kan bijbenen.

In Amsterdam doet T. vooral zaken met twee Colombianen die hij eerder in Argentinië heeft ontmoet. Ze noemen zich Kama en Gordo (dikke). Toen in 2013 grote partijen cocaïne naar Nederland zouden komen, vestigden Kama en Gordo zich in Amsterdam om de verkoop in goede banen te leiden.

Maffiafamilies

Zelf treedt Giuseppe T. op voor verschillende maffiafamilies uit het Zuid-Italiaanse Calabrië. Hij sluist cocaïne door voor de Ietto-familie, maar is ook verbonden aan de gewelddadige Bellocco-groep. Vervoer van de coke naar Italië gaat in geprepareerde vracht- of personenwagens. ,,Er was een auto met Zwitserse nummerplaat. Ik moest het wiel eruit halen. Met een speciale sleutel kon je een verborgen ruimte openmaken en daar ging het spul in.”

Communiceren doen de drugscriminelen met versleutelde PGP-telefoons, die ze met 20 stuks tegelijk kopen in een belwinkel aan de Amstelveenseweg. ,,Vlakbij de gevangenis.” Ook mails worden versleuteld verstuurd via een bedrijf bij het Olympisch Stadion.

Coke-knooppunt

Hier haalden mensen ladingen van 20 kilogram en kwamen terug met tassen vol geld

Volgens T. is Amsterdam een knooppunt van internationale cocaïnehandelaren, waar ,,om de drie a vier maanden een lading van ongeveer 2000 kilogram” cocaïne binnenkomt. Het zijn blokken wit poeder met een stempel van een vis of een ster erin geperst, zodat de afzender bekend is. Een kilo doet 28.000 euro. Elk kwartaal zou de groep dus tussen de 42 en 56 miljoen euro omzetten.

Een gedrongen man met de naam ‘Poter’ zorgt voor de verdeling van de coke. Hij verstrekt partijen van 200 kilo aan verschillende groepen, waaronder Nederlanders, Albanezen, Turken en de Italiaanse maffia. Vervolgens verspreiden ze de drugs door Europa. ,,Er waren dagen dat er drie à vier auto’s per dag, elk met 20 kilo, naar Italië reden.”

De cocaïnehandelaren maken gebruik van appartementen in Amsterdam en Amstelveen, die worden verhuurd door twee Colombiaanse zussen, vertelt T.. ,,De cocaïne werd opgeslagen in de appartementen van de Colombiaanse groep in Amsterdam. Eén persoon hield steeds de wacht. Hier haalden mensen ladingen van 20 kilogram en kwamen terug met tassen vol geld.”

‘De chemicus’

De Amsterdamse rechercheurs met codenamen T-027 en T-110 luisteren aandachtig. Ze houden de spijtoptant foto’s voor. Hij herkent de personen erop vrijwel allemaal. ,,Ja, dat is Jerry, een Surinaamse Nederlander. Hij spreekt Italiaans met een Calabrees accent.” Of: ,,Dat is Max. Hij is verantwoordelijk voor de transporten naar Italië.” En: ,,De chemicus. Hij heet zo omdat hij wist hoe je cocaïne moest versnijden.”

Een andere schimmige figuur is ‘Federer’, de grote baas die vanuit Zuid Amerika de Colombiaanse coke verstuurt. De monsterpartijen komen bijvoorbeeld binnen via uitgeholde houten balken, die worden verstuurd door Unique Timbers, een bedrijf uit Brits Guyana. Een partij van 2.500 kilo wordt in maart 2018 onderschept in Rotterdam. Maar er zijn ook andere smokkelroutes, via KLM-postzakken bijvoorbeeld.

IJssalons en restaurants

Tirintino Giuseppe, geboren in 1988, uit het Italiaanse Rosarno. Deze spijtoptant van de Italiaanse maffia heeft een dreun uitgedeeld aan de Amsterdamse onderwereld. Deze Giuseppe T. heeft uiterst belastende verklaringen afgelegd tegen Nederlandse, Italiaanse, Albanese, Turkse en Colombiaanse criminelen in de hoofdstad.

Tirintino Giuseppe, geboren in 1988, uit het Italiaanse Rosarno. Deze spijtoptant van de Italiaanse maffia heeft een dreun uitgedeeld aan de Amsterdamse onderwereld. Deze Giuseppe T. heeft uiterst belastende verklaringen afgelegd tegen Nederlandse, Italiaanse, Albanese, Turkse en Colombiaanse criminelen in de hoofdstad. © Polizia

Tijdens een eerder verhoor vertelt T. hoe begin 2015 het plan ontstaat om vloeibare cocaïne te persen in houtskool. Daarvoor heeft de maffia wel een kolenbedrijf nodig in Colombia. ,,Dat bedrijf schreven we op naam van een Siciliaanse man die daar werkte in een restaurant. We zorgden dat hij ontslagen werd en boden hem 2000 euro per maand. Als het werk klaar was zou hij 100.000 euro krijgen.” Vanwege problemen wordt dat plan een paar maanden later weer afgeblazen.

Het verhaal van Giuseppe T. klinkt als een handleiding in de internationale cocaïnehandel. Hij legt uit hoe drugsroutes lopen, hoe geld over de grens wordt gesmokkeld, maar ook hoe drugsgelden geïnvesteerd worden. Volgens de spijtoptant investeert de maffia volop in Nederland en Duitsland, zoals in ijssalons en restaurants. ,,Want in die landen is het veel makkelijker om te investeren met contant geld.”

Spijtoptant

Voor tientallen criminelen die opereerden rond Amsterdam betekenen de verklaringen van Giuseppe T. slecht nieuws. Hij lapt er niet alleen zijn eigen neven en zwager bij, maar noemt ook namen van Nederlanders, Colombianen, Nederlandse Turken, Albanezen en Surinamers die in Amsterdam actief waren of zijn.

Advocaten zijn verrast door het opduiken van de Italiaanse spijtoptant. In de rechtszaak draait het om de Colombianen in Amsterdam waar T. zaken mee deed. Hoofdverdachten waren de zussen Aura en Luisa C., die vorig jaar tot 4,5 en 3,5 jaar cel werden veroordeeld. De zaak speelt nu in hoger beroep.

Advocaat Inez Weski, die Luisa C. in hoger beroep bijstaat, wil weten hoe lang het Openbaar Ministerie (OM) al weet van het bestaan van spijtoptant Giuseppe T.. Volgens haar houdt het OM informatie uit verschillende internationale onderzoeken achter. Verschillende advocaten willen T. daarom zelf aan de tand voelen.

Tips?

Heb je tips over deze zaak of over cocaïnehandel in Nederland, dan komen we graag met je in contact. Gebruik onze WhatsApp-tiplijn 06-11568540 of mail naar [email protected] (je gegevens nemen we in vertrouwen in behandeling volgens ons privacy-statement).

Nederland blijkt een waar maffiaparadijs, maar waarom? Bekijk het hier:

Bron: Algemeen Dagblad