Willemstad – Het gewraakte memo over kandidaatminister Neysa Schoop- Isenia dat de waarnemend president van de Centrale Bank CBCS, Leila Matroos- Lasten, naar de minister van Financiën stuurde, was afkomstig van Ersilia ‘Zus’ de Lannooy.

Dat blijkt uit de ‘string’ van emailberichten die in de media zijn uitgelekt. Matroos-Lasten stuurde het memorandum op 22 maart in de middaguren naar minister Kenneth Gijsbertha (MAN).

Een dag eerder ontving de president ad-interim van de Centrale Bank het ’s morgens van de CBCS-directie-secretaris, die het minuten daarvoor had gekregen van De Lannooy. Allemaal met als onderwerp ‘Memo Neysa Schoop-Isenia’. De Lannooy bekleedt een hoge functie bij de Centrale Bank; zij is adjunct- directeur Financial Stability.

Uit de e-mailstring blijkt verder dat in 2014 verschillende CBCS-functionarissen bij de kwestie van het memorandum waren betrokken. Dat was begin mei 2014. Het memo betrof interne informatie over Schoop- Isenia die op dat moment assistant managing director Finance was van de Girobank, die vlak daarvoor – in december 2013 – onder de werking van de noodregeling was geplaatst. Die noodregeling geeft de Centrale Bank als toezichthouder zeer veel extra bevoegdheden.

In die tijd was Emsley Tromp nog president van de CBCS. Het memo was aanleiding om vanuit de Centrale Bank te adviseren dat “partijen in beginsel kunnen proberen om tot een beëindiging van de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden te geraken, onder eventuele toekenning van een ‘beëindigingsvergoeding’ (als incentive voor de werknemer)”.

Zoals deze krant maandag berichtte heeft Schoop-Isenia de Centrale Bank vorige week aangeklaagd in een brief van haar advocaat aan Matroos-Lasten. De naar haar oordeel ‘eenzijdige’ interne notities bevatten ‘ernstige beschuldigingen, suggestieve uitlatingen en feitelijke onjuistheden’ die door de CBCS nooit eerder aan Schoop-Isenia bekend zijn gemaakt en waarover zij zich dan ook nooit eerder heeft kunnen beraden, laat staan tegen verweren.

Het memo blijkt ook persoonlijke informatie te bevatten: ,,Cliënte onderhoudt een bankrelatie met de Girobank, zij heeft daarbij rekeningcourant- en leningsfaciliteiten (hypotheek en dergelijke) afgesloten. Deze cliëntinformatie dient met vertrouwelijkheid te worden behandeld. De handelwijze van de CBCS heeft de vertrouwelijkheid van cliëntinformatie, die zij uit hoofde van de Ltbk-regelingen (Landsverordening toezicht bank- en kredietweten, red.) verkreeg, op grove wijze miskend.”

Aldus haar advocaat Michael Bonapart aan de Raad van Bestuur van de CBCS. Zijn cliënte onderhield dus ook een arbeidsrelatie met Girobank. De vertrouwelijkheid hiervan is door de CBCS miskend toen de Centrale Bank ‘ook deze informatie aan derden verstrekte’. Schoop-Isenia is voorgedragen om namens regeringspartij MAN vakminister van Economische Ontwikkeling te worden.

Volgens ingewijden zit premier Eugene Rhuggenaath (PAR) klem; er zou op grond van de (screenings)wet geen reden zijn om haar niet voor te dragen. Er is anderzijds wel een intern CBCS-memo dat door de top van de Centrale Bank beschikbaar werd gesteld aan MAN-minister Gijsbertha van Financiën en dat nu op straat ligt.

In tegenstelling tot berichten in bepaalde media had kandidaat- minister Schoop-Isenia zich gisteren (nog) niet teruggetrokken voor deze functie. Zij is momenteel chief financial officer (cfo) bij nutsbedrijf Aqualectra.

Bron: Antilliaans Dagblad