Hoge Raad: Ontslag moet onderbouwd worden
Willemstad – In cassatie heeft de Hoge Raad Carlos Hato in het gelijk gesteld en vastgesteld dat hij onterecht ontslagen is. De zaak is terugverwezen naar het Hof van Justitie.
De discussie rond het ontslag ging over de vraag of directeur Hato van de coöperatie Ambtenaren Credit Union (ACU) gezien moest worden als bestuurder of als werknemer. Hij werd ontslagen als bestuurder, waarvoor geen ontslagprocedure nodig is en waar geen reden en termijn aan ten grondslag hoeven te liggen.
Nu heeft de Hoge Raad vastgesteld dat Hato niet als bestuurder aangemerkt kan worden, maar als werknemer en er een ontslagtermijn en reden moet zijn om zijn ontslag te onderbouwen.
Bovendien moet er dan bij Directie Arbeidszaken een officiële ontslagprocedure gestart worden. Hato eist in de door hem aangespannen rechtszaak doorbetaling van zijn salaris omdat hij zonder ontslagvergunning ontslagen is. Hato is op 13 september 2004 als ‘general manager’ aangesteld voor de duur van drie maanden. Daarna is deze periode verlengd.
Op 21 februari 2005 is tussen partijen een arbeidsovereenkomst voor de duur van vijf jaar gesloten.
,,Partijen zijn het erover eens dat daarmee sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd”,
zo valt uit het arrest van de Hoge Raad op te maken. Hij werd per 31 december 2012 ontslagen wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. ACU heeft daarvoor een ontslagvergunning aangevraagd bij Directie Arbeidszaken.
Deze dienst heeft echter aangegeven dat een ontslagvergunning niet nodig is. In eerste aanleg en ook in hoger beroep is gesteld dat in de statuten van ACU het bestuur bestaat uit een niet-uitvoerend bestuur enerzijds en ‘de algemeen directeur’ anderzijds als uitvoerend bestuurder.
Als (interim-) general manager is hij volgens het gerecht en het Hof aan te merken als algemeen directeur. De aangegane rechtsrelatie houdt niet per definitie een arbeidsovereenkomst in, zo is aangevoerd door ACU-advocaat Arend de Winter.
De Hoge Raad noemt dit een ‘onjuiste rechtsopvatting’. Het gaat namelijk om een coöperatie en dus een rechtspersoon met een bestuur. In de statuten van ACU wordt het dagelijks bestuur gevormd door de voorzitter, de secretaris en de penningmeester. De dagelijkse taken worden gedelegeerd aan een door het bestuur aan te stellen ‘algemeen directeur’.
,,Hieruit volgt dat deze algemeen directeur niet zelf tot het bestuur gaat horen. Bovendien bepalen de statuten dat het bestuur de arbeidsvoorwaarden van de algemeen directeur vaststelt hetgeen erop wijst dat de algemeen directeur geen deel uitmaakt van het bestuur”,
aldus het arrest. Nu moet het Hof opnieuw uitspraak doen over deze zaak.
Wel of geen salaris?
In het arrest wordt er niet over geschreven, maar de advocaat van Hato, Achim Henriquez, stelt dat de arbeidsrelatie van Hato voortduurt en ACU gehouden is het loon door te betalen. Henriquez voegt hieraan toe:
,,De Hoge Raad heeft de zaak terugverwezen naar het Hof om hierover nader uitspraak te doen met inachtneming van het oordeel van de Hoge Raad.”
De advocaat laat weten dat er ook een andere zaak speelt tussen ACU en Hato, waarbij is verzocht om tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst te komen.
,,Ook in die zaak zal dit arrest een grote rol gaan spelen, waarbij niet valt uit te sluiten dat ACU door de rechter veroordeeld zal worden tot het betalen van een ontbindingsvergoeding”,
zo vermoedt Henriquez. Hij meent dat er met dit vonnis jurisprudentie is geschreven en mogelijk ontslagen bij andere overheidsstichtingen nietig verklaard kunnen worden. Henriquez:
,,Met name de overheidsstichtingen die een sociaal karakter dragen hebben nog een oude structuur zoals die van ACU, waarbij de directeur aldus als werknemer dient te worden aangemerkt, conform deze uitspraak van de Hoge Raad. Al die directeuren kunnen dus niet zonder meer worden ontslagen. Zij zijn werknemer.
Directeuren van met name overheidsstichtingen, maar ook coöperaties (entiteiten die geen nv of bv zijn) doen er goed aan om bij een eventueel ontslag hun rechtspositie goed te laten evalueren door een advocaat.”
Bron: Antilliaans Dagblad