Willemstad – ,,GZE’s intenties waren en blijven oprecht.” Met deze zin en met diverse andere bewoordingen wil Chen Bingyan, directeur en de bevoegde vertegenwoordiger van Guangdong Zhenrong Energy (GZE), Curaçao geruststellen.

,,Wij bieden miljarden dollars aan investeringen zonder enige overheids- of bankgarantie (te vragen, red.). Dat is niet eerder vertoond in de Curaçaose alsook in de Nederlandse geschiedenis”, aldus een verklaring – ‘GZE Statement about the News in Curaçao on Oct 9, 2017’.

Verwezen wordt naar berichtgeving in onder meer het Antilliaans Dagblad. ‘GZE in problemen’, kopte deze krant maandag op basis van een artikel van een nieuwswebsite in Singapore over ernstig financiële problemen bij dochteronderneming Titan Petrochemicals – de onderneming die als ‘preferred bidder’ de LNG-terminal bij Bullenbaai moet bouwen – en de gevolgen daarvoor door GZE, dat allerlei overeenkomsten tekende voor de upgrading van de olie-industrie op Curaçao. Het Hooggerechtshof in Hong Kong zou zelfs liquidatie van het Chinese staatsbedrijf hebben gelast.

In de verklaring verwijst Chen Bingyan dit naar het rijk der fabelen met de mededeling dat het Hof in Hong Kong zo’n vonnis niet zou hebben uitgesproken, GZE het bevel niet zou hebben ontvangen en dat bovendien rechters in Hong Kong niets te zeggen hebben over GZE, dat bezit is van de Volksrepubliek China.

Een zoektocht op internet levert echter ook vergelijkbare berichten van het doorgaans betrouwbare persbureau Reuters op: ‘Titan Petrochemicals says Guangdong Zhenrong Energy and its unit ordered to wind up’, meldde de Britse nieuwsdienst op 27 september.

,,Controlling shareholder GZE and its unit were ordered for winding up by high court of Hong Kong”, berichtte Reuters.

Een dag eerder kwam hetzelfde persbureau met het nieuws ‘Petrochemical Group announces freeze of shares of a subsidiary company’. Ook hier wordt aangegeven dat dit naar aanleiding is van een rechtszaak waar ook GZE bij betrokken zou zijn.

In de verder niet geadresseerde statement van maandag stelt GZE ‘van de gelegenheid gebruik te maken om het standpunt van het concern te belichten tegen de verspreiding van negatief nieuws op Curaçao’ en tegelijkertijd ‘zich te verzekeren van het vertrouwen van de Curaçaose bevolking’.

De berichtgeving afkomstig van Titan houdt niet stand. Eigenlijk zegt Chen Bingyan zelfs dat het nergens op slaat. Ook dat al op 29 september een schrijven werd uitgestuurd naar het MDPT (het Multidisciplinair Projectteam voor de toekomst van de Isla-raffinaderij) waarin het een en ander meteen al werd uitgelegd.

Het is niet bekend of premier Eugene Rhuggenaath (PAR) hiervan op de hoogte was of is gesteld door het MDPT, omdat hij zondag 8 oktober nog aangaf deze kwestie hoge politieke prioriteit te geven en onmiddellijk de overige ministers op de hoogte had gesteld. Met andere woorden: de minister-president nam het nieuws hoog op, terwijl het MDPT volgens GZE al een week eerder op de hoogte was.

Deze krant weet uit goede bron dat de MDPT-voorzitter inderdaad op 29 september werd geïnformeerd door Meng Li, die aangeeft dat dit alles een ‘kwaadwillende actie’ is van de huidige topman van Titan. Het zou oude, achterhaalde informatie betreffen. GZE is de moedermaatschappij van Titan en zelf eigendom van de Chinese staatsoverheid.

,,De liquidatie van GZE zou, als dat al zou gebeuren, moeten gebeuren door het gerecht in China (en niet in Hong Kong, dat een speciale administratieve regio is van de Volksrepubliek China, red.).

GZE: We zijn met enthousiasme gekomen

GZE stelt de persvrijheid te respecteren, aldus de verklaring die is uitgegeven. ,,Tegelijkertijd wenst het Chinese staatsbedrijf dat zowel de overheid als de vertegenwoordigers ervan een klimaat en kansen scheppen voor eerlijke en logische beoordeling om daarmee de waardigheid en de rechten van een invloedrijke investeerder te bevorderen.”

Zo schrijft Chen Bingyan, directeur en de bevoegde vertegenwoordiger van Guangdong Zhenrong Energy. Hij erkent dat er op het internet ‘negatief financieel nieuws’ is te vinden over GZE, wat volgens hem het gevolg is van door de Verenigde Staten aan GZE opgelegde sancties van 2012 tot 2016 omdat GZE samenwerkte met Iran.

,,De Chinese overheid trekt het een en ander recht en we zijn ervan overtuigd dat GZE al deze problemen gladstrijkt.”

De directeur wijst erop dat GZE honderd procent afhankelijk is van de Volksrepubliek China (volgens de South China Morning Post is Guangdong Zhenrong voor 44,3 procent eigendom van Zhuhai Zhenrong en is de rest in handen van negen zakenlieden van het Chinese vasteland – ‘nine mainland business people’, red.).

Om elke twijfel en verwarring weg te nemen en het vertrouwen van Curaçaose zijde te winnen, heeft GZE naar eigen zeggen gezorgd voor de introductie van CCIEE (China Center for International Economic Exchanges) – eveneens een staatsonderneming van China en nummer 24 van de top 500 in de wereld.

,,CCIEE is financieel zeer krachtig en zal bij dit project GZE’s partner zijn wat betreft de inbreng van het eigen vermogen. Deze stap is door GZE gezet in verband met voldoende back-up en om het vertrouwen van de bevolking op te krikken.”

Chen Bingyan legt in zijn statement uit dat ‘GZE met enthousiasme naar Curaçao is gekomen’ om een succesvol businessmodel van samenwerking met de Curaçaose overheid en de bevolking op te zetten. Hij somt op waarom Curaçao hiervoor zo interessant is: een goed rechtssysteem en de gastvrijheid en eerlijkheid van de mensen hebben GZE gelokt.

,,‘Win-win’ is niet alleen een slogan, maar een intentie vanuit ons hart. Een welvarend Curaçao is uw droom en is ook onze doelstelling.”

De bevolking kan zelf uit de Heads of Agreement (HoA) alsook uit het alternatieve plan van het HoA-Addendum lezen dat altijd de belangen en de toekomst van de bevolking van Curaçao op de eerste plaats komen.

,,Wij geloven dat als alle betrokkenen hetzelfde doel voor ogen hebben het project tot succes zal leiden.” Getekend Chen Bingyan namens Guangdong Zhenrong Energy (GZE) Co. Ltd.

Bron: Antiliiaans Dagblad