AD Commentaar

De VVD meet met twee maten als het gaat om het College financieel toezicht (Cft).

Aan de ene kant juicht de partij van premier Rutte het toe als de Rijksministerraad het Cft inschakelt voor advies om de Arubaanse regering te dwingen de overheidsfinanciën op orde te brengen. Anderzijds blijft de VVD maar zeuren over de lening die Curaçao aangaat voor de bouw van een nieuw ziekenhuis; ondanks een gunstig oordeel daarover van hetzelfde Cft, namelijk dat Curaçao aan alle afgesproken normen voldoet. De Tweede Kamercommissie Koninkrijksrelaties gaat hierover deze week in debat met minister Plasterk (PvdA) waarbij nota bene ‘het functioneren van het Cft’ aan de agenda is toegevoegd – alsof het onafhankelijke College ter discussie staat wegens een of andere bewezen wanprestatie. Het is schadelijke en schandelijk wat de VVD-fractie hiermee doet: wél achter het Cft staan als het uitkomt en tegelijk het financieel toezichtsorgaan fel bekritiseren als het advies niet zo in het straatje van de liberalen past. Daarmee haalt de grootste regeringspartij het gezag van het Cft onderuit. Een kwalijke zaak, waar zij nog spijt van kan krijgen. Want als Nederland mag morrelen aan de autoriteit en de zeggenschap van het College onder voorzitterschap van professor Bakker, dan mogen de Caribische (ei)landen dat ook. En dat werkt ondermijnend. Het is als met de rechtspraak: een vonnis dient gerespecteerd te worden. Niet bij een welgevallige uitspraak roepen dat ‘justitie heeft gezegevierd’, maar het instituut de grond inboren bij een ongewenst oordeel. De VVD maakte zich eerder schuldig aan scepsis over het Cft. En al eerder antwoordde de Nederlandse regering, conform de Rijkswet financieel toezicht, in beginsel de Cft-adviezen te volgen. Een correct standpunt. Er zijn geen redenen om de vakkundigheid, het beoordelingsvermogen en/of de onpartijdigheid van het Cft in twijfel te trekken. Het Cft heeft ten aanzien van Curaçao tot nu toe nooit een blad voor de mond genomen en uitte regelmatig forse kritiek op onderdelen van de publieke financiën, waaronder de risico’s van de overheids-nv’s voor de landsbegroting. Met de drammerigheid over leningen van Curaçao haalt de VVD niet alleen het aanzien van het College onderuit, het wekt ook de indruk Curaçao – zelfs na alle lastenverzwarende maatregelen en bezuinigingen van 2012 en 2013, waarna de begroting meerjarig op orde is gemaakt – geen nieuw ziekenhuis te gunnen. Het te realiseren Hospital Nobo Otrobanda is echter geen luxe, maar een bittere noodzaak voor goede gezondheidszorg, waar ook dit deel van het Koninkrijk recht op heeft.

Bron: Antilliaans Dagblad