In een vonnis van december 2014 bevestigt het hof dat burgers van de Verenigde Staten dezelfde behandeling genieten als Europese Nederlanders bij het immigreren naar de oude Nederlands Antillen.

Deze gelijke behandeling is gebaseerd op het Vriendschapsverdrag van 1956 tussen de Verenigde Staten en het Koninkrijk der Nederlanden. Deze uitspraak van het hof volgt op gelijke vonnissen van het Gerecht in Eerste Aanleg van februari 2010 en september 2012.

Het is dus triest dat de minister van Justitie pas per 1 juni 2015 de mogelijkheid schept voor Amerikanen conform het verdrag en dus de wet, om een verzoek in te dienen om van rechtswege toegelaten te worden. Nog veel erger is dat de minister dit doet zonder een bekendmaking aan het publiek. Zelfs het Amerikaanse Consulaat is niet ingelicht.

Dit in tegenstelling tot Caribisch Nederland waar s zijn geplaatst in de lokale dagbladen met de bekendmaking dat Amerikanen in aanmerking komen om van rechtswege toegelaten te worden.

Verder wordt er ook verzwegen wat er gaat gebeuren met de Amerikanen die momenteel op Curaçao wonen met een werk- en verblijfsvergunning, de garantieverklaringen van werkgevers en die een waarborgsom hebben gestort. Sinds 2000 konden Europese Nederlanders direct verzoeken om van rechtswege toegelaten te worden.

Sindsdien had de overheid, conform de gelijkstelling, deze documenten niet mogen eisen van Amerikanen. Moeten de Amerikaanse burgers zich nu zelf aanmelden bij de Toelatingorganisatie of worden ze uitgenodigd om de juiste verklaring te krijgen?

De minster verwacht dat eenieder zich aan de wet houdt, maar blijkbaar is dat in dit geval niet van toepassing. De uitdrukking ‘hanchu pa bo, smal pa mi’ (breed voor jou, smal voor mij) komt hierbij in gedachte.

Bron: Amigoe