WILLEMSTAD — Eén van de twee olietankers die door PdVSA gehuurd zijn en vanwege wanbetaling vastgehouden worden door Kompania di Tou Kòrsou (KTK), is ‘als tijdelijke oplossing door het sleepbedrijf verplaatst’.
Dit bevestigt KTK-directeur Suldric Rojer desgevraagd. Hij voegt toe:
“Wij hechten natuurlijk bijzonder aan een goede verstandhouding met onze grote klant PdVSA. Vandaar dat er nu gesprekken worden gevoerd met de agentschappen die de schepen vertegenwoordigen, om zo snel mogelijk tot een oplossing te komen.”
De twee tankers ‘Hero’ en ‘Icaro’, die al ongeveer twee weken op Curaçao aangemeerd liggen, worden wegens wanbetaling in de haven vastgehouden. De olietanker ‘Hero’ is inmiddels door KTK naar jetty 8 van de Isla-raffinaderij verplaatst waar het schip niet in de weg ligt voor de bevoorrading van de raffinaderij.
De drukste jetty’s van de raffinaderij, zijn de 4, de 5 en de 6. Zoals eerder gemeld heeft KTK detentierecht bij het uitblijven van betaling. Rojer geeft aan dat voor de betaling van de sleepkosten, een standaardtermijn van dertig dagen geldt.
“We stellen ons uiteraard flexibel op en het is heus niet zo dat wij op de 31e dag tot vasthouding overgaan. Maar in dit geval heeft KTK, door het uitblijven van de betalingen, op enig moment proactief moeten handelen om tot een overeenkomst dan wel een oplossing te komen. De agenten doen echt hun best, waarbij het streven van KTK is, dat de situatie niet verder escaleert”,
aldus de KTK-directeur. Hij licht toe dat er ook naar een oplossing wordt gezocht voor de Icaro, die vooralsnog bij de Curaçaose Droogdokmaatschappij aangemeerd ligt.
Over wat de tarieven zijn die door KTK gehanteerd worden, wil Rojer niet in detail treden en stelt slechts ‘dat dit afhankelijk is van de omvang van het schip en het aantal sleepboten die tijdens het naar binnen/buiten loodsen van het schip benodigd is’. Welingelichte bronnen laten als voorbeeld weten, dat een schip/tanker van de omvang van Icaro, voor twee dagen in de haven tussen de 50.000 en 60.000 dollar kwijt is aan haven- en liggelden voor het havenbedrijf de Curaçao Ports Authority (CPA, het moederbedrijf van KTK) en sleep- en loodskosten. Van dit bedrag zou ongeveer de helft naar het sleepbedrijf gaan, voor de dienstverlening geleverd door KTK.
Reactie Rhuggenaath
Minister van Economische Ontwikkeling Eugene Rhuggenaath (PAR), liet vanochtend tijdens zijn terugreis naar Curaçao weten, niet op de hoogte te zijn van de laatste stand van zaken:
“Voor mijn vertrek had ik inderdaad vernomen dat er sprake was van uitstaande rekeningen door één tanker”.
Daarbij stelt hij ‘zich al geruime tijd zorgen te maken over de situatie in ons buurland Venezuela en over de mogelijke impact daarvan op de lokale economie’.
“Deze zorg wordt natuurlijk regionaal gedeeld, waarbij men de internationale berichtgeving en specifiek de recente uitlatingen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF), in beschouwing moet nemen. We dienen proactief te handelen en de diplomatieke kanalen met dat land aan te spreken. Deze ontwikkelingen kan men nu als verschijnsel zien van hetgeen er in Venezuela speelt, dus we moeten hier niet afwachtend mee omgaan”,
aldus de minister die in dit kader verwijst naar het gesprek tussen premier Ben Whiteman (PS) en de Venezolaanse president Nicolás Maduro.
“Dit gesprek, waarvan ik inhoudelijk niet op de hoogte ben, vond onlangs plaats.”
Het IMF heeft kortgeleden, na een bezoek aan het eiland, geconcludeerd dat de aanhoudende verstoring van de economische activiteiten in Venezuela, de belangrijkste handelspartner van Curaçao, een groot risico kan opleveren voor de raffinaderij, de offshore/financiële sector, de handel en het toerisme op Curaçao.
De minister stelt dat hij na terugkomst op het eiland contact met CPA op zal nemen. Op de mededeling dat er de zorg is dat, wanneer er meer schepen niet aan hun betalingen voldoen, en dus vastgehouden worden, dit mogelijk een opstoppende werking voor de haven tot gevolg kan hebben, stelt Rhuggenaath:
“Mijn aandacht gaat hier zeer zeker naar uit, het is natuurlijk ook niet goed dat deze situatie voort blijft duren en dat nu één schip dus bij CDM aangemeerd moet liggen.”
Bron: Amigoe