PHILIPSBURG — De goedkeuring door het parlement van de conceptlandsverordening om een Integriteit Kamer op te richten zal de positie van het eiland ‘versterken’ wanneer de ministers van St. Maarten zich volgende week in de Rijksministerraad verweren tegen het gebruik van artikel 51 uit de Staatsregeling om het eiland een Algemene Maatregel van Rijksbestuur (AMvRB) op te leggen.

Dit is de zienswijze van minister van Justitie Dennis Richardson, die hij vrijdag aan de parlementsleden meedeelde. Volgens Richardson versterkt deze wet de positie van St. Maarten ‘tijdens de komende confrontatie’ met de Nederlandse overheid wanneer de zaak aan de Raad van State wordt voorgelegd.

Premier Marcel Gumbs en Richardson willen het standpunt van de Raad van State weten met betrekking tot de vraag of het gebruik van artikel 51 door de Nederlandse overheid ‘grondwettelijk gerechtvaardigd’ is.

Richardson zei in de Centrale Commissie van het parlement dat de wet die door het kabinet van St. Maarten is ingediend ‘evenwichtiger’ is en mensen die aan een integriteitsonderzoek worden onderworpen betere bescherming biedt tegen misbruik, dan de wet die de Nederlandse regering heeft voorbereid. Het parlement beschikt over beide conceptwetten.

De vergadering van vrijdag werd opgeschort tot vanochtend tien uur zodat de parlementsleden tijd zouden hebben om de wetten te vergelijken en te komen met voorstellen en amendementen.

Het door de regering van St. Maarten voorbereide wetsontwerp werd geformuleerd, lang voor de ‘slechte conceptwet’ door de Nederlandse regering werd ingediend, aldus Richardson. De wet zou eerder aan het parlement zijn voorgelegd als de Nederlandse regering het kabinet niet had verzocht om dit aan te houden totdat een overeenkomst tussen de twee partijen was bereikt.

Echter, het is nu duidelijk dat het verzoek van de Nederlandse regering om aanhouding en twee maanden van onderhandelingen een tactiek waren om tijd winnen, zei Richardson. Deze uitsteltactiek was een manier om de Nederlandse overheid tijd te geven om haar voorstel op te poetsen.

De Nederlandse minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ronald Plasterk, ‘koos ervoor om niet te zeggen’ tegen de Tweede Kamer dat zijn regering St. Maarten had verzocht om te wachten met zijn conceptwet, zei Richardson. De Nederlandse minister liet ook na om te zeggen dat St. Maarten verwikkeld was ‘in discussies’ met de Nederlandse regering. De onderhandelingen hebben volgens Richardson ‘te goeder trouw’ plaatsgevonden.

Verscheidene Nederlandse parlementsleden die tegen St. Maarten waren, hadden ‘macho opmerkingen’ in de Tweede Kamer gemaakt en gezegd dat St. Maarten op zijn plaats gezet moest worden.

Naar verluidt vinden ze het nu moeilijk om dergelijke opmerkingen in te trekken. Deze verklaringen en de druk door de Nederlandse regering om haar wil op te leggen, zullen de regering en het parlement van St. Maarten niet weerhouden ‘om te doen wat we moeten doen’, zei Richardson.

“Mijn advies is: laten we ons werk blijven doen. Laten we blijven doen wat we voor ons land moeten doen.”

Bron: Amigoe