28 C
Willemstad
• vrijdag 19 april 2024

Democracy now! | Wednesday, April 17, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 17 april 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Tuesday, April 16, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 16 april 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Monday, April 15, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 15 april 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra
- Advertisement -spot_img

Amigoe | Sédula na 50 jaar niet meer weg te denken

HomeMediaAmigoe | Sédula na 50 jaar niet meer weg te denken

Tekst: Judice Ledeboer Foto’s: Ken Wong

Sédula na 50 jaar niet meer weg te denken | Foto Ken Wong
Sédula na 50 jaar niet meer weg te denken | Foto Ken Wong

De Sédula is niet meer weg te denken binnen onze gemeenschap. Aanstaande woensdag is het precies 50 jaar geleden dat de toenmalige Antilliaanse regering begon met de uitgifte van de identiteitsbewijzen. 32 Schoolverlaters van 17, 18 en 19 jaar werden aan de slag gezet.

Voor de Ñapa kwamen vier van hen en de toenmalige projectleider bij elkaar voor een gesprek met Judice Ledeboer.

Het was lange tijd niet nodig om een identiteitsbewijs te hebben, want de eilanden waren zo klein en iedereen kende elkaar. Echter, tijden veranderen en er kwamen hoe langer hoe meer mensen uit het buitenland naar de eilanden toe en de mensen kenden elkaar niet meer.

Ook in verband met het bestrijden van de criminaliteit moest er een identiteitsbewijs komen en een identiteitsbewijs zou ook handig zijn bij het reizen tussen de eilanden, omdat niet iedereen een paspoort had, behalve de welgestelden. Het werd dus tijd om een identiteitsbewijs in te voeren en zo geschiedde.

Op 1 april aanstaande is het precies 50 jaar geleden dat de toenmalige Antilliaanse regering begon met de uitgifte van identiteitsbewijzen. De Democratische Partij had een verzoek tot het uitgeven van identiteitsbewijzen ingediend en door de Staten was er een nieuwe wet aangenomen. Zo’n 32 jonge mannen gingen aan de slag met een project dat compleet nieuw was. Na ongeveer drie jaar hadden alle mensen op alle eilanden van de toenmalige Nederlandse Antillen een Sédula.

Anno 2015 is de groep nog steeds goed bevriend en ze komen regelmatig bij elkaar. Helaas zijn er al negen overleden. De jongemannen waren toen 17, 18 en19 jaar oud en ze zijn nu allemaal tegen de 70. Vijf heren wilden graag het verhaal vertellen van de invoering. De wirwar aan anekdotes en het bulderend gelach over de ervaringen in die tijd dreigden het interview af en toe te ontsporen, maar de projectleider van de groep toentertijd, Angel Ramirez, nu ruim 80 jaar oud, riep de groep ook nu weer tot de orde en zo werd onder zijn leiding de geschiedenis rond de uitgifte van identiteitsbewijzen, 50 jaar geleden, verteld.

De vijf mannen, Angel Ramirez, Arthur Curiel, Rudy Cijntje, Wendell de Palm en Etsel Rosenda vertellen met een zekere weemoed over de periode die voor hen het begin was van een werkend leven. Curiel: “Ik behoorde ‘vers uit de schoolbanken’ ook tot de groep. In die tijd ging het zoeken naar werk anders dan nu. Na het afronden van de schoolopleiding gaf je jezelf op als werkzoekende bij Fort Amsterdam. Je solliciteerde niet echt. We moesten iedere woensdag naar het Fort komen en daar moest je dan buiten zitten wachten of er een baan voor je was. En als die baan er was werd er gewoon gezegd: morgen begin je daar of daar met werken.”

Projectleider van het project, Angel Ramirez, moest een groep van 32 mannen selecteren en dat deed hij met behulp van een test die hij zelf had gemaakt. Ramirez: “Door het maken van die test en de antwoorden die de mannen gaven kon ik zien of de ze in het team pasten. Ze moesten taaloefeningen doen en rekensommen maken. Het project viel onder het ministerie van Algemene Zaken en Efrain Jonckheer was toen minister-president. We namen de mannen aan op contractbasis en de aanstelling ging per 1 april 1965 in.”

De mannen dachten eerst dat het een 1 april-mop was. Ze geloofden niet dat ze waren aangenomen om het project van de invoering van een Sédula uit te voeren. Ze moeten er nu nog steeds hartelijk om lachen.

De eerste keer dat Ramirez het team bij elkaar had zei hij tegen ze: “Jullie zijn dan wel net van school, maar ik ben niet bang voor jullie.” Gedurende het interview spreken de vijf mannen duidelijk hun respect uit voor Ramirez en laten ze hem zoals toen de leider zijn tijdens het gesprek.

Op een zolder van het gebouw van bevolking in Scharloo werd een ruimte ingericht waar de mannen aan het werk moesten. Ze moesten netjes gekleed, in overhemd met lange mouwen en met een stropdas, op de warme zolder aan het werk. Honderden dozen met persoonsgegevens werden van de planken gehaald. Veel dozen zaten onder het stof want het was soms behoorlijk stoffig in de ruimte.

Curiel: “Je moet je indenken. Ik was 17 jaar en ik moest de hele dag op een zolder op een houten bankje zitten. Op die leeftijd wil je dat niet, maar ja, het was de beloning aan het eind van iedere maand die aantrekkelijk was.” Met aftrek belastingen was dat 197,09 gulden, vult De Palm aan. Er volgt een schaterbui van alle mannen. Ze lachen vooral om die 9 cent, want die werd door de hele groep in een potje gedaan om te sparen voor een feestje.

 

De mannen kwamen er na een tijdje achter dat ze minder verdienden dan een ambtenaar in dezelfde schaal en dienden een klacht in. Projectleider Ramirez kreeg het bij Albert Hollander, toenmalig Hoofd Bevolking, die het project van de Sédula had opgezet, voor elkaar dat het salaris van de mannen gelijk werd getrokken met een ambtenaar. Met terugwerkende kracht kregen ze het verschil alsnog uitbetaald. Er waren vijf chefs die de groep aanstuurden, die iets meer verdienden. Dit waren de mannen die de hoogste opleiding hadden, meestal hbs of die al werkervaring hadden opgedaan. Ramirez was in die tijd 29 en hij vond het een hele eer dat hij de groep van 32 man mocht aansturen.

 

Aan de slag

Ze begonnen met het inventariseren van alle ingeschreven bewoners. Alle namen werden op alfabet en naar geboortedatum, lexicografisch gerangschikt. Toen dit klaar was konden de mannen pas echt aan de gang met het maken van de Sédula’s. Alle Nederlanders kregen een grijze kaart en de buitenlanders een blauwe. Iedere persoon die een Sédula krijgt, heeft een uniek nummer dat heel doordacht is opgebouwd. Zo gaven de laatste twee cijfers van de Sédula aan op welk eiland de persoon is ingeschreven.

“Wij kregen voor Curaçao de cijfers 01 tot en met 40.” Op de Sédula staan ook de naam, het adres en de geboortedatum van de betreffende persoon vermeld en het sédulanummer is tegelijkertijd ook het cribnummer bij de belastingen. Het samenstellen van de nummers vereiste dus veel precisiewerk. De bedoeling was dat ook de bloedgroep en vingerafdruk van de mensen op hun Sédula zou komen, maar dat is nooit doorgevoerd. “Hollander heeft met de invoering van de Sédula echt baanbrekend werk verricht”, vertelt Ramirez. “Hij had visie.”


De wijken i
n

Toen alle gegevens uitgezocht waren moest de groep mannen op pad en gingen ze de wijken in. Er werd proefgedraaid in de wijk Zwaan. Volgens Hollander was dat een wijk met echte Curaçaose mensen. De mannen gingen van huis tot huis en ze moesten foto’s maken van de mensen voor op de Sédula.

Deze foto’s werden gemaakt in een fotohokje dat met een vrachtwagen naar de betreffende wijken werd gebracht. “Wij moesten alles zelf doen”, aldus Curiel. “We moesten leren om te gaan met de chemicaliën die bij het ontwikkelen van de foto’s gebruikt werden en we maakten de foto’s zelf. De mensen vonden de kwaliteit van de foto’s vaak niet goed en we werden soms ook uitgescholden.”

Er was ook altijd een groep mensen, vooral de Europese Nederlanders, die zich verzette tegen de uitgifte van een Sédula. Het deed hen denken aan de nazitijd in de oorlog en daarom wilden zij niet meewerken.

Omdat er productie werd verwacht werkten de mannen in twee shifts. Eén van zeven uur ‘s ochtends tot één uur ‘s middags en de andere van één uur tot half acht ‘s avonds. “Het werk was best zwaar. We werkten in de hete zon, de mensen werkten vaak niet mee en we stonden onder druk van onze projectleider omdat er geproduceerd moest worden. De werkdruk was hoog”, aldus Curiel. Bij afgifte van de Sédula’s werd later ook een enquête gehouden ten behoeve van de statistieken.


Na Curaçao naar Aruba

Op Curaçao waren ze na anderhalf jaar klaar en ging de groep mannen naar Aruba. Toen het werk op Aruba gedaan was werd de groep bij elkaar geroepen en sprak het Hoofd Bevolking Aruba de groep toe. Hij zei: “Er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan”, waarmee hij aangaf dat het project af was en dat een groot deel van de mannen niet meer nodig was in het project. De overige eilanden waren namelijk kleiner en er waren minder mensen nodig voor het werk. Nu lachen de heren om die opmerking die tot op de dag van vandaag nog door hen heen galmt, maar toen kwam die mededeling als een mokerslag aan en waren ze allemaal in shock. Er bleef een groepje over dat wel mocht blijven werken, omdat die ‘dichter bij de partij’ stonden.

En toen gingen de mannen naar de andere eilanden: naar Bonaire en de Bovenwindse eilanden St. Maarten, Saba en St. Eustatius. Daar duurde het verzamelen van gegevens en het maken van de Sédula’s nog eens anderhalf jaar en toen hadden alle ingezetenen van de voormalige Nederlandse Antillen een Sédula. Volgens de mannen was dat een mooie tijd. Ze waren als Curaçaoënaars graag geziene gasten, want ze kleedden zich goed en ze konden goed dansen. Weer barst iedereen in lachen uit, maar er volgen geen verdere details over hun tijd op de andere eilanden behalve dat er een nog grotere groepsband ontstond, die er tot de dag van vandaag nog is.

Ramirez kijkt met genoegen terug naar die tijd. “Het was voor mij genoeg om de groep te leiden. Het was een soort college voor me. Ik was hun coach. Ik stimuleerde de mannen ook om door te gaan studeren, om een universitaire studie te doen en ik ben heel tevreden over de loopbaan van allemaal.”

Later is Ramirez zelf Hoofd van Dienst van Bevolking geworden en is er inderdaad een aantal van de mannen gaan doorstuderen. De meesten vonden later werk bij diverse overheidsinstanties, sommigen als Hoofd van Dienst. Curiel ging naar Nederland om een sportopleiding te doen en hij heeft later altijd functies gehad waarbij sport centraal stond. De Palm ging na het Sédula-project bij een radiozaak werken en kwam daarna bij de telefoondienst van de overheid terecht. Rosenda is jarenlang Hoofd van de Douane geweest. En Cijntje werd chef van de administratie bij de Burgerlijke Stand. Later begon hij zijn eigen restaurant. Met nadruk laat de hele groep weten er trots op te zijn dat zij hebben kunnen werken aan dit belangrijke project voor Curaçao en de andere eilanden.


Twee veranderingen

Tot op heden zijn er slechts twee veranderingen geweest in de Verordening betreffende de Sédula. De leeftijd om een Sédula te verkrijgen is verlaagd van 14 naar 12 jaar en de identificatieplicht is twee jaar geleden toegevoegd. “Die identificatieplicht stond altijd al in de wet, maar die werd nooit toegepast. Nu is iedereen verplicht een ID bij zich te hebben en moet hij die kunnen laten zien als er naar gevraagd wordt door bevoegde instanties, met of zonder reden.

De Sédula is in die 50 jaar een aantal keren van uiterlijk veranderd. De gegevens die er momenteel op staan zijn dezelfde gegevens als toen de Sédula voor het eerst werd uitgegeven. Thans wordt er gekeken om de Sédula weer in een nieuw jasje te steken omdat de gegevens niet meer kloppen wat het land van herkomst betreft. Ramirez fluistert: “Eigenlijk is de Sédula illegaal omdat de gegevens niet kloppen. Er staat op de Sédula nog steeds Nederlandse Antillen.”

Bron: Amigoe
Dit artikel is geplaatst in

1 reactie

  1. Dag.Ik ben op zoek naar een e-mail adres of telefoon nummer van Dhr.Angel Ramirez, Hof van de Burgerlijke Stand van Curacao in het jaar 1982.Het is zeer urgent en het heeft te maken met de Nederlandschaap van mijn zoon die door huidige ambtenaren betwist wordt.Ik moet weten gebaseerd op welke wettelijke artikel van toen die Nederlandse Nationaliteit aan het kind is verleend.

Geef een reactie

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Zoeken

Recente reacties