WILLEMSTAD — “De uitzendkrachten van de Curaçao Droogdokmaatschappij (CDM) zijn akkoord met hetgeen nu op papier staat omtrent de uitbetaling van de tweede helft van hun claim”, aldus raadsman Roelof Bijkerk van de 350 CDM-uitzendkrachten, die al dan niet nog in dienst zijn van de maatschappij.
“De uitbetaling door CDM Holding staat voor vandaag en morgen ingepland. Hiermee kan een langslepend hoofdstuk definitief worden afgesloten.”
Nadat de ongeveer 100 werknemers van de werkmaatschappij van CDM afgelopen maandag en dinsdag uit protest het werk neer hadden gelegd en zich voor de ingang hadden gevoegd bij een grote groep ex-uitzendkrachten die zich aldaar had verzameld, stelt Bijkerk dat de betaling van vandaag voor de groep zal zijn die nog in dienst is van het bedrijf.
“Morgen zal dan de andere groep van ongeveer 350 man in totaal worden uitbetaald”, aldus Bijkerk.
Bijkerk heeft de grote groep uitzendkrachten vanaf 2009 juridisch bijgestaan, waarop dezen na een schikking in 2011 het eerste gedeelte van hun claim ontvingen. De uitzendkrachten werden in 2015 wederom door het gerecht in het gelijk gesteld voor wat betreft loonderving, omdat zij voor het verrichten van dezelfde werkzaamheden als CDM-werknemers structureel minder uitbetaald kregen.
Hierop nam minister Eugene Rhuggenaath van Economische Ontwikkeling (PAR) het initiatief om de kwestie te regelen. Dit zowel op verzoek van het parlement als met goedkeuring van de regering. Zo stelde minister Rhuggenaath begin deze maand 3 miljoen gulden beschikbaar uit dividendgelden van overheidsbedrijven die onder zijn ministerie vallen, in dit geval van overheidsbedrijf Curaçao Airport Holding (CAH).
Het resterende gedeelte van 1,15 miljoen gulden werd door ontwikkelingsbank Korpodeko middels een lening aan CDM Holding toegekend.
Reactie minister
De minister laat weten verheugd te zijn over het feit ‘dat met de beste intenties van de overheid de kwestie nu gecorrigeerd wordt’.
“De schuld aan deze mensen wordt hiermee afgelost, waarbij zij het geld nu nog voor het weekeinde zullen ontvangen. Het was een gecompliceerd proces – ofwel een transactie – dat door de holding goed uitgezocht diende te worden. Aangezien de holding geen werknemers in dienst heeft en als het ware externe werknemers – de uitzendkrachten van de werkmaatschappij – moest uitbetalen, diende onder andere ook het juiste belastingtarief te worden vastgesteld”,
aldus minister Rhuggenaath, die toevoegde dat ‘met goede medewerking van de Inspectie der Belastingen’ men afgelopen dinsdag een akkoord heeft weten te bereiken.
Bron: Amigoe