door Jomaira v/d Meulen-Angela

WILLEMSTAD — “Het staat vast dat Bientu een oneerlijk proces is, waardoor het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard”, aldus de verdediging van loterijbaas Robertico ‘Robbie’ dos Santos, de advocaten Eldon ‘Peppie’ Sulvaran, Roel Kerckhoffs en Mariëlle Boezelman.

Volgens de verdediging heeft de verdachte altijd bekend minder belasting te hebben betaald, maar vond het OM het nodig een proces te starten, het te verzieken en een foutief beeld te schetsen van een criminele organisatie waarbij Dos Santos betrokken zou zijn, met als doel hem achter de tralies te laten verdwijnen.

Advocaat Eldon ‘Peppie’ Sulvaran benadrukt sinds het begin van het ‘dubieuze politieke proces’ dat de start en herstart van het onderzoek Bientu ruim acht jaar geleden onrechtmatig is geweest, aangezien opzettelijk toetsbare informatie uit het dossier van de verdediging is weggelaten. 56 rechercheurs en vier officieren van justitie waren betrokken bij de vorming van het dossier en hiervoor zijn diverse illegale middelen gebruikt.

Het RST (Recherche Samenwerkingsteam) heeft zich in het onderzoek naar Dos Santos vanaf begin 2008 in wezen met niets anders beziggehouden dan met het opsporen van lokale belastingdelicten. En dit ten aanzien van slechts één nummerverkoper, aldus de verdediging. Het onderzoek, dat pas in februari 2011 ‘Bientu’ is gaan heten, is dus begin 2008 opgestart door het RST St. Maarten naar aanleiding van MOT-meldingen van enige honderdduizenden dollars onder referentie van Dos Santos c.s. De conclusie die hieruit kan worden getrokken, is dat het RST destijds geen oog heeft gehad voor witwassen gebaseerd op belastingmisdrijven.

Het onderzoek heeft in deze twee jaren bovendien niets opgeleverd. Pas in januari 2011 is besloten de zaak aan Curaçao over te dragen en in maart van dat jaar waren noch de hoofdofficier van justitie noch het lokale RST-hoofd op de hoogte van het doorstartonderzoek.

“De gang van zaken lijkt sterk op een een-tweetje tussen officier van justitie Jasper Mul, die binnen het Parket Curaçao houder was van de portefeuille strafrechtelijke financiële onderzoeken, en de financiële recherche van het RST Curaçao.”

Volgens Sulvaran lijkt het er sterk op dat het besluit van januari 2011 om Dos Santos in een strafrechtelijk doorstartonderzoek nader onder de loep te nemen, vanuit het RST Curaçao zonder lokale bestuurlijke instemming en mogelijk vanuit Nederland, politiek geïnspireerd is geweest. Hij haalde hierbij de omstandigheid aan dat de halfbroer van Dos Santos, George Jamaloodin, minister van Financiën van MFK was geworden en Dos Santos deze partij financieel had gesponsord.

Ook zonder die politieke geïnspireerdheid kan de conclusie zijn dat de lokale autoriteiten buiten de besluitvorming tot doorstart van het onderzoek zijn gehouden, om het dilemma te voorkomen dat de toenmalige minister van Justitie, die zijn zetel innam samen met de politieke partij van de broer van Dos Santos, zou moeten worden geïnformeerd.

In dat geval was er ook sprake geweest van een politiek motief. Dit terwijl het OM sinds de jaren negentig de toenmalige ministers van Justitie telkens heeft geïnformeerd over alle politiek gevoelige strafrechtelijke onderzoeken sinds de jaren negentig, bijvoorbeeld de zaak Demei, de Orionzaak en het onderzoek naar de overheids-nv’s, aldus Sulvaran.

Bovendien bestaat het dossier uit diverse, niet getoetste en onjuiste informatie, stelt de verdediging. Zo zijn diverse processen-verbaal te laat opgemaakt en (niet ondertekend) ingediend. Ook werd onjuiste anonieme informatie van de Criminele Inlichtingendienst van Aruba over drugshandel niet getoetst.

“Die CID-informatie heeft wel bijgedragen aan de verdenking.”

De aanvankelijke verdenking van Dos Santos en zijn nv’s is volgens Sulvaran gebaseerd op twee onderdelen, namelijk niet onderzochte MOT-meldingen in een branche waar contant geld eerder regel dan uitzondering is, en niet onderzochte CID-informatie. “Maar welke informatie nu precies de basis van het onderzoek heeft gevormd, is verder niet toetsbaar, simpelweg omdat het niet in het dossier is verantwoord.”

Strafmaat

Indien het gerecht het OM toch ontvankelijk acht en tevens overweegt een straf op te leggen, vraagt de verdediging rekening te houden met diverse beginselen, zoals het gelijkheidsbeginsel. Dat er nooit eerder iemand in dezelfde sfeer van nummerverkoop en de daarmee gepaard gaande belastingontduiking is vervolgd, dient volgens de verdediging in het voordeel van de verdachten meegewogen te worden in de strafmaat.

“Vaststaat dat Dos Santos en zijn bedrijven van alle nummerverkopers het best aan hun verplichtingen hebben voldaan en dat nog steeds doen.”

De gevolgen van de strafbare feiten zijn daarom aanzienlijk beperkter gebleven dan bij anderen, ‘om niet te praten van degenen die 100 procent illegaal verkopen’. De verdediging haalde tevens het feit aan dat illegale loterij altijd werd gedoogd, wat ook reden is voor strafvermindering.

Het OM heeft verder bij de eis geen rekening gehouden met het feit dat Dos Santos zorg draagt voor 400 vaste banen en nog zo’n 600 mensen die zelfstandig opereren.

“Als het aan het OM ligt, krijgen al deze honderden families en hun kinderen straks de rekening gepresenteerd vanwege strafbare feiten die tig jaren terug al werden gedoogd.”

Daarom vraagt de verdediging om een geheel voorwaardelijke straf, desnoods gecombineerd met een taakstraf.

De verdediging vraagt de rechter ook om rekening te houden met het langdurige proces, het blanco strafblad van de verdachte en het feit dat het OM aan ‘trial by media’ heeft gedaan, ‘waardoor strafvermindering zeker op zijn plaats is.’

Bron: Amigoe