WILLEMSTAD — Maureen Verginie raakte in 2014 verlamd toen tijdens de Marcha di Despedida een muur langs de carnavalsroute instortte. Zij spande een kort geding aan tegen het Land/het VVRP-ministerie dat gisteren diende.

Advocaat Richard Pols stelt namens Verginie: “Het Land wist (al jaren) van de gevaarlijke situatie. De kans dat er ongevallen zouden ontstaan was levensgroot, het Land is voor 100 procent aansprakelijk.” VVRP vindt dat er ook sprake is van ‘eigen schuld’.

Het VVRP-ministerie stelt dat een door Verginie gevorderd voorschot van 500.000 gulden ‘niet aannemelijk is’. “Het Land heeft niet onrechtmatig gehandeld en is niet aansprakelijk voor de door Verginie vermeende geleden schade. De door Verginie gestelde schadeposten noch de hoogte van de gestelde schadeposten zijn vastgesteld. Deze zaak is dusdanig complex van aard dat er noodzakelijkerwijs een bodemprocedure dient te worden gevoerd”, aldus de advocaten van VVRP, Debbie Lunenburg en Arndt van Hoof. Dit advocatenduo meent verder dat er ‘geen sprake is van spoedeisend belang’ voor een kort geding omdat de meest recente correspondentie over de kwestie tussen de advocaat van Verginie en het VVRP-ministerie van 6 november 2014 dateert. Zij vinden ook dat er sprake is van ‘eigen schuld’. “Van Verginie mocht ook eigen oplettendheid worden verwacht. De bouwvallige conditie van de panden die zijn opgenomen in de rapportage ‘Visuele bouwvallige situatie langs de carnavalsroute 2014’ zijn visueel, dus met het blote oog, waargenomen. Als de opstal daadwerkelijk in een dusdanig slechte conditie verkeerde, dan had Verginie dat ook moeten kunnen waarnemen en daar haar gedrag op moeten aanpassen.”

Inspectierapport

Advocaat Pols verwijst naar 11 februari 2014, drie weken voor het ongeluk. “Dat is de dag waarop de inspecteur van Drov de hele carnavalsroute had bekeken. Alles wat op instorten stond is door de inspecteur beoordeeld en de meest gevaarlijke huizen, trappen, balkons en muren zijn vastgelegd, gefotografeerd en opgenomen in een rapport. De muur die op Maureen is gevallen, staat ook in dat rapport beschreven. Volgens de inspecteur was deze muur ‘zeer slecht’. De erf-afscheiding is erger geworden met het gevaar dat deze ieder moment kan omvallen, zo schrijft de inspecteur in zijn rapport.” Pols geeft ook aan dat de bewuste ROP-inspecteur het advies gaf dat ‘de erf-afscheiding grondig geïnspecteerd moest worden en waar nodig gerepareerd’.

De VVRP-advocaten vinden het ‘onaannemelijk dat de opstal na tientallen jaren plots uit zichzelf is ingestort’. “Dit is vermoedelijk veroorzaakt door invloeden van buitenaf. Mogelijk zijn Verginie en omstanders, al dan niet om zich een goed zicht te verschaffen op de parade, op de muur geklommen en/of daarop gaan zitten of er tegenaan gaan leunen. Dit kan ten gevolge hebben gehad dat de muur is ingestort.” De advocaten stellen verder dat er zich naast de carnavalsroute ‘meerdere bouwvallige panden bevonden en dat dit tientallen jaren het geval is’. “In de traditie van carnaval is nimmer een opstal omgevallen en dat geldt ook voor de overige – soms in nog slechtere staat verkerende – aangehaalde panden in de rapportage ‘Visuele bouwvallige situatie langs de carnavalsroute 2014’. Dat de onderhavige opstal uitgerekend dit jaar, uitgerekend op Verginie zou instorten, was niet te voorzien.”

Politie geïnstrueerd

Ook vindt het advocatenduo dat het Land ter voorkoming van gevaarlijke situaties tijdens carnaval ‘alle maatregelen heeft getroffen’: “Maatregelen die redelijkerwijs van haar gevergd konden worden. Eventuele gevaren zijn in kaart gebracht en de politie is geïnstrueerd om maatregelen te treffen op de gevaarzettende punten. Het Land was in de veronderstelling dat dit afdoende was om eventuele gevaren te voorkomen”, aldus de VVRP-advocaten.

Muur erger geworden

Pols geeft aan dat de echtgenoot van Verginie, Edson, het voornoemde inspectie-rapport binnen enkele weken na het ongeluk in bezit kreeg en dat vervolgens tevens bleek dat ROP (voorheen Drov) jaarlijks dergelijke rapporten opmaakt ‘waarin ook deze muur al eerder is beschreven’. “De inspecteur schrijft: de muur ‘is erger’ geworden. Erger dan wat? Het blijkt erger in vergelijking met het jaar ervoor. Het Land wist dus al een jaar dat de situatie erg was, maar heeft toch niets gedaan. Door de VVRP-minister (oud minister Earl Balborda, red.) en het interim hoofd van ROP (Darwin de Lanoi, red.) wordt het bestaan van de rapporten stilgezwegen. De minister laat ondanks verzoeken daartoe niets van zich horen en Edson forceert na een maand een bespreking. Op de brief die daarna namens Maureen is verstuurd aan het Land, waarbij het Land aansprakelijk is gesteld, wordt stelselmatig niet gereageerd. De minister reageert nergens op. Maar Edson en later ook Maureen blijven aandacht vragen voor wat er gebeurd is, ook in de media.”

Aansprakelijkheid niet erkend

Volgens het pleidooi van Pols zou oud-VVRP-minister Balborda vervolgens ‘stiekem’ een voorstel hebben gedaan aan de Raad van Ministers (RvM). “Door Balborda wordt – achter de rug om van Maureen en haar advocaat – een voorstel gedaan aan de RvM om het huis van Maureen rolstoeltoegankelijk te maken. Het plan dat de minister hierbij heeft gepresenteerd is tot op vandaag onbekend. De RvM beslist vervolgens eenzijdig dat het hier gaat om hulp op humanitaire gronden, maar zonder aansprakelijkheid te erkennen. Na veel getouwtrek en druk die door Edson buitengerechtelijk wordt uitgeoefend door de zaak telkens opnieuw onder de aandacht brengen, wordt pas begin 2016 met de op handen zijnde verkiezingen in september, een begin gemaakt met de uitvoering van de humanitaire bijstand.”

Bedelaar voelen

Pols voegt toe dat de hulp ‘ongestructureerd’ is. “Waarbij Maureen zich meer bedelaar voelt dan slachtoffer en voor elk wissewasje moet afwachten wat de minister daarover beslist. De financiële aansturing is nu in handen gelegd van Reda Social. Het Land financiert. Een plan van aanpak is aan Maureen niet bekend. Net voor de verkiezingen wordt het project afgerond. Het is voor Maureen en Edson volstrekt onbegrijpelijk en ook rechtens onjuist, dat het Land wil volhouden dat het slechts op humanitaire gronden zelf moet kunnen beslissen, wat, wanneer in welk tempo zij iets wil doen om Maureen te helpen, terwijl er een verplichting uit de wet is ontstaan om de volledige schade te vergoeden.”

De uitspraak is op 2 november.

Bron: Amigoe