WILLEMSTAD — Nu de Vereniging Protestants Christelijk Onderwijs (VPCO) voorlopig geen contributie meer mag heffen na het vonnis in kort geding, zet het schoolbestuur in op de mogelijkheid van een vrijwillige bijdrage.
Dat werd gisteren naar voren gebracht in een persconferentie van het schoolbestuur en hun advocaat.
Voorzitter Maghali van der Bunt-George gaf onder andere aan dat zonder de contributie de zeven VPCO-scholen jaarlijks zo’n 2,2 miljoen gulden mislopen. Dat geld is hard nodig voor het handhaven van de kwaliteit van het onderwijs. Naar de ouders is inmiddels een brief met uitleg gestuurd over de vervolgstappen en maandagavond is er een informatiebijeenkomst over de situatie en het stappenplan. Het bedrag van de contributie die reeds betaald is, wordt geparkeerd op een aparte rekening, in afwachting van het antwoord van de overheid en de uitkomst van het vonnis in hoger beroep.
Hoger beroep
Het hoger beroep tegen het vonnis is gisteren ingediend. Er gaat een brief naar de overheid om de contributiebijdrage te verhalen uit de begroting voor het gratis onderwijs. Dat heeft de rechter in het kort geding ook aan het VPCO opgelegd. Mocht de overheid hier geen gehoor aan geven, of de subsidie niet verhogen, dan zullen er juridische stappen ondernomen worden, omdat VPCO dan acuut in de problemen komt.
VPCO heeft nog wel het recht om achterstallige contributie te innen en doet hiertoe in de brief naar de ouders dan ook een oproep. Net als de oproep om de contributie, 550 gulden per kind per jaar, tot een maximum van drie kinderen, te blijven betalen.
Het contributiebedrag wordt jaarlijks aangewend voor salariskosten – van ondersteunend personeel – die niet uit de subsidie van de overheid worden betaald; voor een deel van de huisvestingskosten zoals schoonmaak, water en elektra; voor een deel van de bestuurs-, beheers- en administratiekosten; voor licenties en andere kosten voor ICT-voorzieningen, zoals het leerlingvolgsysteem en voor onderhoudswerkzaamheden op de scholen.
Bron: Amigoe
Goed onderwijs is al heel lang geen prioriteit geweest van de overheden die hebben gezeten.
De rechter heeft gelijk: Het funderend onderwijs is gratis, dus kan er geen verplichting worden opgelegd aan ouders om aan de ouderbijdrage te voldoen.
Er is echter nog een argument om de overheid (lees: belastingbetaler) te overtuigen dat goed onderwijs van groot belang is. Het VPCO voorziet in extra werkgelegenheid doordat meer onderwijsondersteunend personeel wordt bekostigd dat in het openbaar onderwijs. Dat zijn dus extra kosten. De kwaliteit van het onderwijs (zie leeropbrengsten) is daarom sterk verbonden met de inzet van dit personeel. Het VPCO toot aan dat zij zeer goed onderwijs biedt aan de kinderen. Daardoor kiezen de ouders ook graag voor de scholen van het VPCO, zij doorzien het belang van kwaliteit-onderwijs.
Ik ben benieuwd of de overheid bereid is te investeren in goed onderwijs. Niet alleen het schoolbestuur, maar ook volgens de minister van Justitie is dat namelijk echt nu en per direct nodig. Uiteraard moet dan ook het openbaar onderwijs dezelfde extra middelen ontvangen. Alle kinderen hebben immers recht op het best denkbare (openbaar) onderwijs te Curacao.