Door PAR aangevraagd
WILLEMSTAD — Statenvoorzitter Ivar Asjes heeft voor de week van 20 augustus een openbare vergadering opgeroepen die door de PAR is aangevraagd, over de stand van zaken van het bestuur op het eiland. De vergadering was al op 2 augustus aangevraagd, maar was tot nu toe niet opgeroepen.
Het uitblijven van een reactie van Asjes was voor de PAR-fractie aanleiding om een tweede brief naar de Statenvoorzitter te sturen, waarin hem werd verzocht om uiterlijk op de 16e van deze maand de vergadering alsnog op de agenda te plaatsen.
Conform het Reglement van Orde van de Staten dienen aangevraagde openbare vergaderingen binnen maximaal veertien dagen te worden gehouden.
In een reactie aan de PAR fractie stelt Asjes dat hij de aangevraagde vergadering niet had opgeroepen omdat volgens hem deze ‘in principe overbodig’ was geworden nadat het kabinet-Schotte op 3 augustus zijn ontslag had ingediend en dus demissionair was geworden.
In de bewuste brief van 2 augustus had de PAR het feit aan de orde willen stellen dat het kabinet- Schotte was aangebleven, ondanks het feit dat toenmalig MAN-lid Eugene Cleopa zijn steun voor de coalitie had ingetrokken, waardoor de coalitie van MFK, PS en MAN geen meerderheid had in de Staten.
De Statenvoorzitter gaat in zijn reactie ook in op een brief van de PAR-fractie van 13 augustus, waarin hij wordt opgeroepen om de vergadering uiterlijk op de 16e van deze maand te laten plaatsvinden.
“De PAR verzoekt (…) om een vergadering om, ondanks de demissionaire status van de regering, het onderwerp alsnog op de agenda te plaatsten. Zoals mevrouw De Jongh- Elhage (fractievoorzitter van de PAR in de Staten, red.) weet is deze week geen vergaderweek van de Staten. Dit houdt in dat pas in de volgende vergaderweek, dus die van 20 augustus, dit onderwerp op de agenda geplaatst zal worden.”
Democratie respecteren
Asjes wijst de PAR-fractie er ook op dat hij, ondanks het feit dat de Staten zijn ontbonden, het algemeen belang en het democratisch recht van het Curaçaose volk zal blijven respecteren.
Hij verwijst in dit verband naar de memorie van toelichting op artikel 53 van de Staatsregeling, waarin over ontbinding van de Staten staat:
“De Staten kunnen ondanks het besluit tot ontbinding allerlei zaken blijven afhandelen, en in functie zijn voor het geval zich bijzondere omstandigheden voordoen.”