26 C
Willemstad
• vrijdag 29 maart 2024

Extra | Journaal 27 maart 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Tuesday, March 26, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 26 maart 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Monday, March 25, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 25 maart 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Friday, March 22, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...
- Advertisement -spot_img

Boek | Hij is de weg kwijt / E a pèrdè e strea di nort

HomeNieuwsBoek | Hij is de weg kwijt / E a pèrdè e...

10-10-10: echo’s uit heden en verleden | Recensie door Fred de Haas

E a pèrdè e strea di nort
E a pèrdè e strea di nort/Olaf Wilders

Onlangs is er een in het Nederlands geschreven boekje verschenen onder de titel (N.B. de titel in het Papiaments is niet correct) Hij is de weg kwijt / E a pèrdè e strea di nort dat een opmaat wil zijn tot de dit jaar te houden evaluatie van vijf jaar TIEN TIEN TIEN, de klinkende datum waarop Sint Maarten en Curaçao hun autonomie verkregen. Het boek is geschreven door Olaf Wilders, een organisatiedeskundige die vijf jaar op Curaçao heeft gewerkt en in 2014 voor een paar maanden terug is gegaan om een werkstuk te schrijven voor zijn studie Bestuurskunde. 

De scriptie is – gelukkig – enigszins uit de hand gelopen en heeft de omvang aangenomen van een boekje dat ik iedereen kan aanbevelen. Er kleven, hoe kan het anders, ook wat minpuntjes aan. Mijn persoonlijk commentaar vervlecht ik met mijn mening over het boek.

De boektitel
Laat ik beginnen met het minst belangrijke: de titel. Het Papiaments is niet correct. De titel zelf is een ‘misnomer’ en had in Curaçaose spelling moeten luiden ‘Nan a pèrdè strea di nòrt’ en de Nederlandse vertaling zou dan geweest zijn ‘Ze zijn de kluts kwijt’.

De informanten
Olaf Wilders heeft tijdens zijn verblijf op de eilanden met een zeventigtal personen uit diverse organisaties gesproken die, op verzoek van de auteur, hun eerlijke en persoonlijke mening hebben gegeven over wat er zoal heeft plaatsgevonden op bestuurlijk en sociaal-economisch gebied op Sint Maarten en Curaçao sinds het verkrijgen van de autonome status. Ook worden er terloops enkele woorden gewijd aan Aruba dat sinds 1986 met het autonome bijltje hakt, nadat de Status Aparte in het leven was geroepen.

De informanten waren verbonden aan o.a. het Ministerie van Justitie, het Parlement van Aruba, de Veiligheidsdienst Aruba, de Federacion di Trahadornan di Aruba-FTA, de Raad van Kerken, de UNA, de Raad van Advies Curaçao, het Parlement van Curaçao, het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, Algemene en Constitutionele Zaken eilandgebied Curaçao, de Vereniging Bedrijfsleven Curaçao, de Sociale Verzekeringsbank, de Centrale Bank voor Curaçao en Sint Maarten, de Amigoe di Curaçao, het Antilliaans Dagblad, het Parlement van Sint Maarten, de Raad voor de Rechtshandhaving, het Caribbean Court of Justice, de Politie van Aruba, Curaçao en Sint Maarten, het Ministerie voor Onderwijs van Sint Maarten etc.

Dat betekent dat de auteur heeft gesproken met wat je kan noemen de intelligentsia. De ‘stem van het volk’ is niet hoorbaar. Dat is niet vreemd, gezien het laaggeschoolde peil van het grootste deel van een bevolking die blootstaat aan zware, populistische, politieke manipulatie en daardoor eigenlijk geen ‘eigen stem’ heeft. Straatinterviews zouden zinloos zijn geweest.

Respect, Integriteit, Empathie
Het boekje is van een Voorwoord voorzien door ‘de laatste gouverneur van de Nederlandse Antillen’, Frits Goedgedrag, een onverbeterlijke idealist. Hij noemt hierin drie kernwaarden voor een gezonde gemeenschap: respect, integriteit en empathie.

Daar zegt ie zoiets…

Je hoeft maar een Papiamentstalige krant op te slaan of je valt met je neus in de roddelboter. Zo lees ik in de AweMainta (Aruba) van 3 juni 2015 dat de AVP bij monde van haar leider flink bezig is de leider van de MEP (Evelyn Weever-Croes) onderuit te halen omdat deze heeft gesproken met ‘racist’ André Bosman (VVD) tijdens de IPKO conferentie die onlangs in Den Haag is gehouden.

Desiree de Souza-Croes noemt de leider van de MEP een landverraadster omdat ze heeft gesproken met ‘de vijand van Aruba’. Bedoeld wordt hier het Nederlandse Tweede Kamerlid André Bosman die de Caribische Nederlanders een andere kleur paspoort zou willen geven zodat iedereen kan zien wie waar vandaan komt. Een ‘racist’ dus.

Bosman schrok hiervan. Nederlanders zijn niet zo gewend aan die manier van politiek bedrijven, hoewel we in Nederland ook te maken hebben met figuren als het Tweede Kamerlid Geert Wilders (de man van de ‘kopvoddentaks’), vroeger met (ex-)Tweede Kamerlid Hero Brinkman (van ‘Curaçao op Marktplaats zetten’) en aanstormend talent Moszkowicz (financieel illusionist).

Toen André Bosman van die Arubaanse aantijgingen hoorde, reageerde hij als volgt: ‘het zwart maken van mensen omdat ze met elkaar spreken is van een ongekende domheid’. Voor degenen die het Nederlands misschien niet zo goed machtig zijn vertaalt AweMainta: ‘Ataca hende pasobra nan ta papia cu otro ta un muestra di un estupidez inimaginable’ (Arubaanse spelling).

Bosman:

‘iedereen is vrij om het niet met me eens te zijn maar iemands naam door het slijk halen past niet in het Koninkrijk’ (‘lastra hende faltando tur respet no ta pas den Reino’).

Arme Frits Goedgedrag. Van enig respect is hier weinig sprake en ‘empathie’ wordt alleen aangewend om een ander uit te maken voor rotte vis.
Ook over integriteit valt het een en ander te zeggen:

‘Na 10-10-10 is er zelfs tot viermaal toe aanleiding tot een aanwijzing vanuit de Rijksministerraad aan de landen Curaçao (2012), Sint Maarten (2013 en 2014) en Aruba (2014) betreffende de deugdelijkheid van de financiën en de integriteit van het bestuur’ (p. 58).

Overigens vergeet Frits Goedgedrag één belangrijke kernwaarde te noemen: competentie. Daaraan ontbreekt en ontbrak het schromelijk op de eilanden. Dit is en was des te ernstiger omdat de bevolking een laag ontwikkelingsniveau heeft en totaal afhankelijk is van de inzet van bestuurders die meer uit zijn op electoraal gewin dan op goed bestuur.

In zijn proefschrift over Goed Bestuur in de West (Utrecht, 2011) schrijft O. Nauta:

‘Tot slot is het democratisch gedachtegoed complexe materie die een voldoende opleidingsniveau van het electoraat vereist’. En over de bestuurders in de West heeft hij het volgende te zeggen: ‘Personen krijgen (ambtelijke) posities die hen in Nederland, gezien hun opleiding en ervaring, niet zouden toevallen’.

Dat is maar al te waar. De snelheid waarmee incompetente ministers worden afgevoerd en benoemd is soms adembenemend. Hoeveel ministers van Onderwijs zijn er niet geweest op Curaçao? En waarin excelleren sommige Statenleden nog meer dan in het uitschelden van elkaar en van Nederlandse politici?

Terug naar het boekje van Olaf Wilders.

Uitspraken en Citaten
Voorin heeft hij een paar ‘opmerkelijke uitspraken’ genoteerd tijdens zijn interviews op de eilanden. Zo zei een wijze Arubaan: ‘we willen geen vis, maar we willen leren vissen’. Dat is inderdaad heel wijs.

Het is echter geen Arubaanse, maar een Chinese wijsheid: ‘Geef een man een vis en hij heeft eten voor een dag. Leer een man vissen en hij heeft eten voor heel zijn leven’. Op Curaçao noteerde hij:

‘Als je zelf het script niet schrijft, wordt het voor je geschreven’.

Ja, dat zal wel.

De mooiste plukte hij op Sint Maarten:

‘Je kunt iemand niet beoordelen als je niet weet waarop je beoordeeld wordt’.

Wie de diepere inhoud hiervan begrijpt mag het zeggen.

Achterin staat een lijst met namen van personen met wie hij kort of langdurig heeft gesproken. Ze behoren, zoals gezegd, tot de intelligentsia van Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Allemaal geven ze hun mening over het reilen en zeilen overzee in de afgelopen vijf jaar.

Uit hun mond zijn meer dan 200 citaten opgetekend waarvan de meesten zeer de moeite waard zijn. Maar helaas staan onder de citaten niet de namen vermeld van degenen van wie de citaten afkomstig zijn. Ik begrijp wel waarom. Die mensen leven in een kleine gemeenschap en zijn bang voor repercussies.

Het is te hopen dat later hun namen alsnog onder de citaten zullen verschijnen, in een wetenschappelijk werk, zoals dat is gebeurd in de magistrale Koninkrijksstudie over het tijdperk 1940-2000 van Gert Oostindie en Inge Klinkers (Amsterdam University Press, 2001).

Twee delen
Wie op de hoogte is van de aanloop naar 10-10-10 kan Deel I van het boekje overslaan, hoewel er hier en daar passages staan die voor iedereen de moeite van het overdenken waard zijn. Zo wordt op bladzij 36 geciteerd uit het werk van de staatsrechtgeleerde Mr Antonito Gordiano – Mito – Croes die in zijn De herdefiniëring van het Koninkrijk uit 2006 al stelde dat het vanaf het begin (1954, het Statuut) ontbrak aan een visie over de toekomst van het Koninkrijk.

Sindsdien is het aan die visie blijven ontbreken. Ook de schreeuwers die riepen dat Curaçao op 10-10-10 door de aan de macht zijnde coalitie was ‘verkocht’ zijn nooit met een alternatief gekomen. Het is overigens schrijnend dat in de ‘Slotverklaring’ maar één van de 13 pagina’s is gewijd aan de sociaal-economische ontwikkeling van Curaçao en Sint Maarten.

De consensusrijkswetten
Om goed bestuur te waarborgen zijn er tijdens de onderhandelingen over de autonomie een vijftal consensusrijkswetten in het leven geroepen die o.a. betrekking hadden op het Openbaar Ministerie, het financiële beheer, de politie en de rechterlijke macht.

Een van de instanties die toezicht houden op de consensusrijkswetten is het College Financieel Toezicht dat voortreffelijke adviezen geeft om het financieel beheer te verbeteren, adviezen die, zoals we weten, vaak niet werden opgevolgd. Met desastreuze gevolgen.

Het boekje schenkt hier voldoende aandacht aan, vooral in de vorm van de hierboven reeds vermelde citaten die laten zien hoe er op de verschillende eilanden wordt gedacht over de consensusrijkswetten en het College Financieel Toezicht.

Terwijl men op Sint Maarten de rijkswetten beschouwt als een goede leidraad voor deugdelijk bestuur, zien sommige politici op Curaçao ze meer als een sta-in-de-weg voor de autonomie.

Zo heeft de Partido Soberano op Curaçao jarenlang haar uiterste best gedaan om ‘het volk’ (hun achterban) tijdens de Zaterdagbijeenkomsten (‘Awe ta dja sabra’) en gesprekjes op de Sede (het Partijkantoor) te overtuigen van de verwerpelijkheid van de consensusrijkswetten, maar heeft hierin jammerlijk gefaald. Ook hun roep om ‘Onafhankelijkheid’ begon steeds holler te klinken.

Hier volgt een kleine greep uit de citaten (maar wie zegt wat?) die zijn opgetekend uit de mond van de informanten van Olaf Wilders:

(Sint Maarten):

‘De consensusrijkswetten worden als bevoogdend en beperkend gezien. Om die reden zou Sint Maarten er vanaf moeten willen. Maar vanuit het perspectief dat Sint Maarten meer tijd nodig heeft zou je moeten zeggen: ‘laat ze bestaan’.

De consensusrijkswetten kunnen op dit moment namelijk ook ankers bieden. Dat realisme bestaat bij Sint Maarten, maar wordt makkelijker binnenskamers besproken dan daarbuiten. Pragmatisch gezien zal Sint Maarten best kunnen leven met de consensusrijkswetten. Over bijvoorbeeld drie jaar moeten we de stand van zaken maar weer bekijken’ (p.81).

(Curaçao):

‘Opheffen van de consensusrijkswetten is niet aan de orde omdat het land Curaçao ook niet de wil heeft getoond de consensusrijkswetten uit te voeren. De consensusrijkswetten zijn ook een waarborg dat de eigen regering en parlement geen wet kan ontwikkelen die de uitgangspunten van de consensusrijkswetten tegenwerken’ (p.83).

En:

‘Politici die schreeuwen dat de consensusrijkswetten ‘opzij’ moeten, realiseren zich niet dat we daar niets voor in de plaats hebben’ (p.83).

(Aruba):

‘De consensusrijkswetten kunnen de kaders scheppen voor de vereiste waarborgen. Maar dat wil niet zeggen dat de consensusrijkswetten een keurslijf zijn. De gedachte is dat je de minimale eisen borgt waar een land aan moet voldoen. Dan nog moet er ook een onderling vertrouwen aan ten grondslag liggen. In dat opzicht staan de partners in het Koninkrijk op een kruispunt. Het zijn namelijk de politici die zich door de consensusrijkswetten bedreigd voelen, niet de burgers’ (p.83).

Een illustratie van dit laatste hebben we kunnen zien op Aruba toen de Arubaanse premier Mike Eman onlangs opmerkte dat ‘wij beter weten wat op Aruba werkt dan het CFT (College Financieel Toezicht)’. Dat Eman het helemaal bij het verkeerde eind had moge inmiddels duidelijk zijn. Ondanks de oplopende spanningen tussen Nederland en Aruba over de afgekeurde begroting en de mislukte week ‘hongerstaking’ van de premier kon NRC.nl op 5 mei 2015 het volgende melden:

‘Nederland en Aruba hebben een akkoord gesloten dat een einde moet maken aan het conflict over de begroting van het eiland. Het College Aruba Financieel Toezicht (CAFT), een nieuw onafhankelijk orgaan, gaat het toezicht op de begroting organiseren. Dat bevestigt een woordvoerder van het ministerie van Binnenlandse Zaken’.

De CAFT zal per 1 augustus in werking treden.
Het is misschien nog te vroeg om een finale evaluatie van de consensusrijkswetten te houden. Een van de Curaçaose informanten zegt:

‘Ik verwacht dat Curaçao verstandig genoeg is om nog vijf extra jaren te nemen om het land op te bouwen. De consensusrijkswetten moeten in dat verband worden behouden en eventueel op onderbouwde punten worden aangepast. Maar de situatie van het land is op dit moment verre van rooskleurig’ (p.95).

Pragmatisch verder?
Uit de gesprekken die hij heeft gevoerd trekt Olaf Wilders in de slotbeschouwing de voorlopige conclusie dat men er over het algemeen voor geporteerd is om op een pragmatische manier invulling te geven aan de manier waarop de landen bestuurd moeten worden. Ook zal er, naar verwachting, voorlopig wel niet gesleuteld gaan worden aan de consensusrijkswetten.

De keuze voor ‘binnen’ of ‘buiten’ het Koninkrijk, blijft voorbehouden aan het volk.

Aangezien het volk vanwege de lage ontwikkelingsgraad vatbaar is voor populistisch manipulerende politici en gevoelig is voor ‘macht en geld’ blijft dit een heikel punt. Ik ben dan ook persoonlijk van mening dat referenda om die reden beter vermeden kunnen worden.

Fred de Haas
Wassenaar, 5 juni 2015

Het boek is verkrijgbaar in de boekhandels op Aruba, Curaçao,Sint Maarten en Nederland, de online boekhandels of rechtstreeks via de website van Levendig Uitgever. ISBN 978 94 91740 30 5.

Dit artikel is geplaatst in

Geef een reactie

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Zoeken

Recente reacties