DEN HAAG — Het Kabinet van de Gevolmachtigde Minister van Curaçao is bezig met het onderzoek naar een e-mail met klachten over een van de medewerkers, Ramon Yung. De afzender van de mail is anoniem, maar de schrijver of schrijvers beweren dat de klacht namens en door medewerkers van de gevolmachtigde minister is gestuurd. Robert Candelaria, officieel nog directeur van het Curaçaohuis, is belast met het onderzoek, hoewel hij in aanloop naar zijn pensioen eigenlijk vrij had.
De gevolmachtigde minister Sheldry Osepa zei vandaag dat er inmiddels al met de werknemers is gesproken, maar dat nog niet bekend is wie de mail verstuurd heeft.
Uit het onderzoek is wel al gebleken dat slechts een minderheid van de cateringwerkzaamheden in opdracht van het Curaçaohuis door Yung zijn uitgevoerd.
In de desbetreffende mail werd geklaagd dat Yung het merendeel van de cateringwerkzaamheden naar zich toe had getrokken.
Eerder liet Osepa al weten dat hij de zaak serieus neemt en zou onderzoeken.
De schrijver of schrijvers zijn gevraagd om zich anoniem bij hem te melden, zonder dat er disciplinaire maatregelen genomen zouden worden.
Communicatie
In de mail, die is opgesteld in slordig Papiaments, staat dat de medewerkers goed kunnen samenwerken met de Osepa, maar niet met Yung, die lange tijd als journalist werkzaam was op Curaçao en vorig jaar medewerker van Osepa werd.
Yung zou onder meer alle communicatiewerkzaamheden naar zich toe hebben getrokken, op kosten van de overheid vaak naar Curaçao reizen en werk voor zijn kinderen regelen, onder meer als cateraar van het Curaçaohuis.
“We zijn in de campagnetijd en we willen geen enkele partij steunen hiermee. Maar houd Osepa alstublieft hier en ontsla deze egoïst in het belang van onze werkplek”, aldus de mail.
Yung vermoedt dat de klachten te maken hebben met de beleidswijzigingen die hij heeft doorgevoerd op het Curaçaohuis en met de aankomende verkiezingen.
“Het klopt dat ik op het moment dat ik bij het Curaçaohuis begon een proces ben gestart om de interne communicatie te verbeteren en aan teambuilding ben gaan werken, omdat dit absoluut noodzakelijk was”, schreef hij in een reactie op Facebook, overigens niet als werknemer van het Curaçaohuis, maar op persoonlijke titel.
Yung schrijft dat hij het juist waardeert als werknemers voorstellen doen voor een beter beleid en hen daar ook de kans voor geeft.
De beslissing om ook opdrachten aan zijn kinderen te geven, was niet van hem afkomstig, maar van het management en, in het geval van de catering tijdens Dia di Bandera, van een speciale commissie.
Ook op de andere beschuldigingen reageert Yung.
Zijn reizen naar Curaçao waren nooit op kosten van de overheid en de beslissing van het Kabinet van de Gevolmachtigde Minister om de theatervoorstelling ‘Tula, the Untold Story’ niet te sponsoren was terecht.
“Naar mijn bescheiden mening, als een goede yu’i Korsou, is er maar één geschiedenis van Tula. Er kunnen geen twee geschiedenissen zijn”, aldus Yung.
Maar ongeacht het verhaal dat verteld wordt, heeft het Curaçaohuis het geld niet om dergelijke initiatieven te subsidiëren, schrijft hij. Tot slot meldt Yung dat hij ook niet de grote invloed heeft, die hem in de klachtenmail wordt toegekend.
De Amigoe heeft ook contact gezocht met de afzender van de mail, maar geen reactie ontvangen.