Willemstad – De algehele situatie van detentiefaciliteiten op onder meer Curaçao is nog niet op orde. Maar er kan ook niet ontkend worden dat er verbeteringen hebben plaatsgevonden.
Advertentie
Dat stelt de Nederlandse minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ronald Plasterk, in de begeleidende brief die samen met het Voortgangsrapportage van Curaçao naar de Tweede Kamer is gestuurd.
Volgens Plasterk biedt dit perspectief voor het verder implementeren van verbeteringen zodat er op korte termijn aan de normen van de Committee for the Prevention of Torture (CPT) kan worden voldaan.
Gedurende de periode van 17 tot en met 25 januari hebben twee inspecteurs Curaçao bezocht en de detentiefaciliteiten te Barber, Rio Canario en gevangenis Sentro di Detenshon i Korekshon Kòrsou (SDKK) onder de loep genomen.
Het bezoek van de inspecteurs is het gevolg van een bezoek van het Europees Comité in juni 2007 aan de toenmalige Nederlandse Antillen en Aruba inzake de voorkoming van foltering en onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing van de Raad van Europa waarbij een aantal ernstige tekortkomingen werd geconstateerd.
Dit heeft geresulteerd in zeer kritische rapporten.
Op basis van deze rapporten heeft de Rijksministerraad op 18 januari 2008 besloten om de gouverneurs van beide landen te verzoeken halfjaarlijks te rapporteren over de implementatie en uitvoering van de te nemen verbeterstappen.
Hiervoor wordt externe ondersteuning gebruikt.
Uit het onderzoek blijkt dat de herziening van de staatkundige structuur in 2010 voor Curaçao van invloed is geweest op de noodzakelijke verbetering van de detentiesituatie.
Er was sprake van stilstand van feitelijke ontwikkelingen, zo wordt aan Plasterk gerapporteerd.
,,Desondanks zijn er wel verbeteringen gerealiseerd: op Curaçao zijn dit de opgeknapte cellen in Barber, de renovatie van de vreemdelingenbarakken en de nieuwbouw van een arbeidscomplex in het SDKK. Waar niet over wordt gerept in het rapport is de renovatie van het politiebureau en cellencomplex te Rio Canario dat begin dit jaar is afgerond.
Vooruitgang cellencomplex Barber
Tijdens het laatste bezoek in januari 2013 blijkt dat het politiecellencomplex te Barber er op vooruit is gegaan.
In 2007 werd dit cellencomplex nog beoordeeld als ‘onacceptabel’.
In 2013 werd het volgende gerapporteerd: ,,(…) de structurele renovatie van het cellencomplex te Barber was gereed gekomen. In vergelijking met eerdere bezoeken waren de materiële omstandigheden sinds het kritische rapport van het CPT naar een behoorlijk niveau opgetrokken. Er is een belsysteem aangebracht en het cellenblok is voorts uitgerust met drie camera’s, waarmee permanent toezicht kan worden uitgeoefend op het cellenblok.”
Als minpunten werden genoemd
,,dat er geen, althans nauwelijks inval van natuurlijk licht in de eenpersoonscellen is. Desondanks was het redelijk koel in het cellenblok vanwege de aangebrachte airconditioners.”
Over de politiepost te Rio Canario wordt het volgende gemeld: ,,Het politiecellencomplex Rio Canario is speciaal bestemd voor het vasthouden van zogeheten bolitaslikkers. Thans werd gemeld dat als gevolg van het nauwelijks meer voorkomen van dit type drugssmokkel het cellenblok in gebruik is voor detentie van reguliere arrestanten.”
En: ,,Het huidige cellencomplex in Rio Canario is nogal donker en ongeschikt voor het vasthouden van arrestanten in verband met de stank uit de riolering. Evenals tijdens de vorige bezoeken was het zeer warm in het cellenblok.
Gemeld werd dat de dag voor ons bezoek schoonmaakwerkzaamheden hadden plaatsgevonden.
Desondanks (of juist als gevolg daarvan) rook het complex tijdens ons bezoek zeer sterk naar benzine.
De enige aanwezige arrestant, die reeds acht dagen in het cellenblok was gedetineerd, klaagde hierover indringend en meldde voorts dat voorafgaand aan de schoonmaak er in het complex een sterke rioollucht hing.
Meegedeeld werd dat de arrestanten twee maal per dag een half uur de gelegenheid krijgen om te luchten. Het ICTregistratiesysteem Actpol bleek tijdens ons bezoek niet toegankelijk.”
Bij Sentro di Detenshon i Korekshon Kòrsou (SDKK) blijkt tijdens het laatste bezoek vooruitgang te zijn geboekt op verschillende punten; een aantal noodzakelijke beveiligingsmaatregelen is uitgevoerd;
- het onderlinge geweld tussen gedetineerden is enigszins verminderd, maar er bestaan nog steeds excessen die maken dat het leefklimaat per saldo te onveilig is;
- de hygiënische detentieomstandigheden zijn over het algemeen verbeterd;
- een bel (intercom)systeem is aangebracht en functioneert op bijna alle blokken;
- een nieuwe en volledig ingerichte fitnesszaal is in gebruik genomen;
- voor jeugdigen bestaan specifieke onderwijs- en arbeidsactiviteiten;
- vier nieuwe werkzalen zijn opgeleverd, maar niet in gebruik genomen;
- de personele bezetting van de medische dienst is verbeterd;
- het klimaat in de Foba kan tot voorbeeld strekken van andere afdelingen;
- het intern bijstandsteam is opgeleid en wordt in de ogen van de directie succesvol ingezet.
De belangrijkste bevindingen die sinds 2007 niet bij SDKK zijn gerealiseerd, zijn:
- het personeel vervult in hoofdtaak de bewakingstaak en komt aan bejegening niet toe;
- er zijn geen aanwijzingen dat thans aan het in mindere of meerdere mate grensoverschrijdende (mogelijk zelfs corrumperende) handelen van het personeel, althans van bepaalde personeelsleden, een einde is gekomen;
- de strafcelafdeling is hoewel buiten gebruik en in de verbouw nog niet daadwerkelijk gerenoveerd;
- de oplegging van buitenwettelijke sancties is reden tot zorg;
- van een structureel dagprogramma met activiteiten is nog geen sprake;
- de bezetting van managementfuncties is niet, althans lang niet volledig gerealiseerd;
- de personele bezetting van uitvoerende functies is structureel zeer onvolledig.
Het SDKK biedt plaats aan 750 gedetineerden.
Tijdens het bezoek in januari 2013 bleken 110 cellen niet beschikbaar voor gebruik en waren in de inrichting circa 475 gedetineerden aanwezig.
Bron: Antilliaans Dagblad
Advertentie