WILLEMSTAD — Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vrijdagmiddag respectievelijk tien jaar en veertien jaar celstraf geëist tegen de mannen Ashley Quirindongo (29) en Dimitry Timber (25) voor de moord op de aspirant-politieagent Elferich Tokaay (21). De behandeling van deze zaak werd eerder op 10 mei en op 7 september op verzoek van de advocaat van Timber aangehouden voor het horen van diverse getuigen.
De verdachte Timber zou de jongeman hebben doodgeschoten.
Dit vond op 30 oktober 2010 plaats voor de club Studio 99 in Saliña, na een heftige ruzie die uitmondde in een vechtpartij.
De reden voor het incident was een omgestoten cup whisky van verdachte Quirindongo.
Hij zocht vervolgens ruzie met de man die zijn cup had omgestoten.
De aspirant-agent trachtte de mannen uit elkaar te krijgen en kreeg toen zelf een klap.
Vrienden gingen Quirindongo helpen en op een gegeven moment vocht de agent met vijf mannen tegelijk.
Hij was echter een goede vechter en gaf Quirindongo een harde klap op zijn hoofd, waardoor deze hevig begon te bloeden.
Timber liep toen naar zijn auto en pakte een klein nikkelkleurig pistool van kaliber .25. Volgens diverse getuigenverklaringen hebben zijn vrienden hem aangemoedigd Tokaay neer te schieten door meermalen te schreeuwen ‘tir’é, tir’é’.
Quirindongo ontkent te hebben meegedaan.
Volgens officier van justitie Ludmila Vicento, verklaarde hij eerder echter zelf Timber te hebben aangemoedigd om te schieten, omdat hij heel boos was dat Tokaay hem zo hard had geslagen.
Timber ontkent echter te hebben geschoten.
Hij verklaarde eerst dat hij zelfs geen schoten had gehoord, maar dat hij de jongeman wel in elkaar zag zakken.
Tijdens de behandeling van de zaak verklaarde hij echter een schot te hebben gehoord toen hij zijn auto startte.
Vervolgens riep hij zijn vrienden toe om weg te gaan.
De mannen stapten toen in zijn auto en ze reden samen weg.
Timber zegt niet te weten wie de schutter was.
Maar diverse getuigen die Timber kennen als ‘familie van de eigenaren van de winkel Alivio pa Pueblo’, verklaarden dat Timber eerst in de lucht heeft geschoten en daarna gericht op Tokaay.
Anderen hebben de schutter aan zijn tatoeages herkend.
Ook zijn eigen vrienden die betrokken waren bij de vechtpartij wezen Timber aan als de schutter.
Vicento, die meer dan twee uur nodig had voor haar requisitoir, bestempelde de moord van Tokaay als zinloos geweld.
Ze is ervan overtuigd dat Timber de schutter is en dat Quirindongo hem inderdaad had aangemoedigd het slachtoffer te doden.
Volgens haar bestaat er geen twijfel dat Timber de schutter is, omdat hij – naast het feit dat diverse kennissen hem hebben herkend – ook door een gepubliceerde foto van hem op Kitatin.com werd herkend.
De officier vindt een lange gevangenisstraf op zijn plaats.
De twee andere verdachten die betrokken zijn bij deze zaak zijn eerder al tot hoge celstraffen veroordeeld.
Gevlucht
Quirindongo is na het incident naar Nederland gevlucht. Hij zei dat hij door Timber met de dood werd bedreigd als hij iets over de moord zou zeggen.
Hij werd op 17 mei in Nederland opgepakt.
Daar heeft hij een strafblad voor een illegale transactie.
Hier op het eiland heeft hij geen strafblad.
Wel zijn twee zaken tegen hem geseponeerd. Quirindongo is pas vader geworden.
Zijn eerste kind is afgelopen 19 november geboren.
Timber vluchtte na de moord naar Colombia, waar hij een restaurant runde en waar een van zijn twee kinderen woont.
Hij verbleef daar echter illegaal en Interpol vaardigde een uitleveringsbevel tegen hem uit.
Hij werd op 26 januari opgepakt en is op 3 februari uitgezet naar Curaçao.
Timber is geen onbekende van de politie. Hij is eerder op 1 oktober 2010 tot een voorwaardelijke straf veroordeeld voor een brandstichting en moest toen een schadevergoeding betalen aan de verzekeringsmaatschappij Ennia.
Hij kreeg toen ook een proeftijd opgelegd. Vicento merkte op dat dit Timber er toch niet van had weerhouden om weer in in de fout te gaan.
Bovendien hield hij zich ook niet aan de regels van de reclassering.
Benadeelde partij
De nabestaanden van het slachtoffer (moeder, vader en zusje) krijgen enkele jaren na de dood van Tokaay nog steeds professionele hulp om zijn dood te kunnen verwerken.
Een vertegenwoordiger van slachtofferhulp heeft een brief van de vader voor de rechter samengevat, waarin hij de rechter duidelijk wil maken dat zij nog steeds lijden.
Ook werd een lijst (met facturen) van de gemaakte kosten in verband met het overlijden ingediend voor schadevergoeding.
Het gaat hier om onder andere de begrafeniskosten, telefoonkaarten en dergelijke.
Het is namelijk zo dat de verzekeringsmaatschappij niets wilde betalen, omdat het slachtoffer werd doodgeschoten.
De nabestaanden lazen pas achteraf de kleine lettertjes in de polisvoorwaarden.
De vader heeft toen een ander bedrijf meer dan 2000 gulden betaald om hem te helpen met dit probleem, maar dit bedrijf is na de betaling spoorloos verdwenen.
Deze kosten krijgt hij daarom graag van de verdachten terug.
Vicento had geen opmerkingen over het al dan niet toewijzen van deze claim en laat dit over aan het oordeel van de rechter.
De rechter doet uitspraak in deze zaak op 21 december.