Rene Zwart | Koninkrijksrelaties.nu
Den Haag – Voor de bewering van minister-president Evelyn Wever-Croes dat Aruba 12 miljoen gulden door de Nederlandse regering is toebedeeld om de effecten van de crisis in Venezuela op het land te verlichten is bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties geen bevestiging te krijgen.
De premier stuurde vorige week een persbericht uit waarin zij het deed voorkomen alsof de miljoenen onderweg zouden zijn en dat er ook al overeenstemming is over de bestemming daarvan. Volgens Wever-Croes wordt een deel gestoken in de versterking van de economie van Aruba om deze weerbaarder te maken tegen de gevolgen van de onrust in het buurland. De fondsen, zo benadrukte ze, zouden niet worden gebruikt ten behoeve van asielzoekers.
Gevraagd om een bevestiging verwijst de woordvoerder van staatssecretaris van Koninkrijksrelaties Raymond Knops naar de brief die op 3 juli naar de Tweede Kamer is gestuurd waarin de bewindsman aankondigde dat het Kabinet 23,8 miljoen euro extra heeft gereserveerd voor het verlenen van bijstand aan Aruba en Curaçao. Uit die brief blijkt niet dat het de bedoeling is dit geld te gebruiken voor het versterken van de lokale economie, zoals Wever-Croes wil doen geloven. ,,De extra middelen zijn in ieder geval bestemd voor de versterking van de maritieme grenzen van Aruba, Bonaire en Curaçao en voor het verlenen van aanvullende ondersteuning voor het verder optimaliseren van vreemdelingenprocessen”, aldus de brief van Knops.
Uit de informatie aan de Kamer kan voorts worden opgemaakt dat het Kabinet pas in de loop van volgende maand – na terugkeer van het zomerreces – een besluit neemt over de verdeling van de 23,8 miljoen. ,,Wanneer het kabinet de benodigde besluiten heeft genomen over de precieze besteding van alle gereserveerde middelen, zal ik namens het kabinet de afspraken ten aanzien van ondersteuning richting de Landen bevestigen en uw Kamer hierover na augustusbesluitvorming informeren.”
De beweringen van minister-president Wever-Croes lijken daarmee vooral bedoeld ter afleiding van de toenemende kritiek op het functioneren van het haar regering.
Bron: Koninkrijksrelaties.nu