Willemstad – ,,Het zijn juist de onderstandtrekkers op het eiland die met pensioen gaan die met de nieuwe AOV 65-wet de pineut worden. Wie niet in de schoenen van deze mensen staat kan niet begrijpen wat voor gevolgen de plotselinge introductie van de AOV 65- wet heeft.
Onafhankelijk Statenlid Omayra Leeflang rekent voor wat de effecten zijn van deze wet:
,,De AOV-wet stelt dat wie 57 of 58 jaar is voor 1 maart 2013 pensioen kan krijgen op zijn 60e mits hij de rest van zijn leven 30 procent inlevert. Haal 30 procent af van de AOV van 862 gulden, dan houdt iemand maar 603 gulden over. De gepensioneerde onderstandtrekker krijgt een overheidscompensatie van 130 gulden per maand wat het totaal op 733 gulden brengt. Was de AOV niet in een keer verhoogd naar 65 jaar met 30 procent inleveren, dat was de AOV 862 gulden geweest en met de overheidscompensatie van 130 gulden in totaal 992 gulden. De onderstandstrekker verliest dus 260 gulden per maand voor de rest van zijn leven”, aldus Leeflang.
Het onafhankelijk Statenlid geeft daarbij ook aan dat, wil de onderstandstrekker deze 260 gulden niet kwijtraken, hij tot zijn 65e onderstand moet trekken van 500 gulden per maand, wat in totaal neerkomt op een inlevering van 362 gulden per maand voor vijf jaar.
,,Dat betekent dat de onderstandtrekker 21.720 gulden misloopt”,
aldus Leeflang die nog altijd niet te spreken is over het besluit van de overheid om de AOV-leeftijd in een keer van 60 naar 65 jaar te verhogen. Met de rekensom wil ze andere parlementariërs voorlichten over het effect van de wet.
Bron: Antilliaans Dagblad