26.4 C
Willemstad
• donderdag 28 maart 2024

Extra | Journaal 26 maart 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Monday, March 25, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 25 maart 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Friday, March 22, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...

Extra | Journaal 22 maart 2024

Elke werkdag het laatste nieuws van Extra, nu ook in het Nederlands. Bron: Extra

Democracy now! | Thursday, March 21, 2024

Democracy Now! is a national, daily, independent, award-winning news program hosted by journalists Amy Goodman and Juan Gonzalez. Democracy Now!’s War and Peace Report provides our audience...
- Advertisement -spot_img

Migranten maken haast geen gebruik van onderstand

HomeMediaMigranten maken haast geen gebruik van onderstand
Het migratierapport werd vorige week gepresenteerd.
Het migratierapport werd vorige week gepresenteerd.

WILLEMSTAD — De arbeidsparticipatie van migranten uit onder andere Haïti, Jamaica, Colombia en de Dominicaanse Republiek ligt hoger dan het gemiddelde op Curaçao. Maar de salarissen liggen gemiddeld lager, vooral van migrantenvrouwen. Dat blijkt uit het vorige week gepresenteerde rapport Regionale Migratie en Integratie op Curaçao.

Behalve de Venezolanen verdient meer dan 80 procent van de andere migrantengroepen minder dan 2000 gulden per maand, voor Curaçaoënaars is dat 63 procent. Van de Dominicanen verdient 53 procent minder dan 1000 gulden per maand, van de Curaçaoënaars 43 procent. Deze mensen leven onder de armoedegrens. Bij de tweede generaties neemt deze loonkloof enigszins af, aldus de onderzoekers. Het onderzoek richt zich op migranten uit de volgende vijf landen: Jamaica, Colombia, Haïti, Dominicaanse Republiek en Venezuela, de zogenaamde regionale migranten.


Geen onderstan
d

Regionale migranten op Curaçao blijken naar verhouding vrijwel geen gebruik te maken van sociale voorzieningen als onderstand. Slechts 2,1 procent van de onderstandtrekkers is geboren in een van de vijf regionale migratielanden. Veronderstelling over ‘misbruik’ lijken ongegrond. Regionale migranten vormen op dit punt zeker geen extra druk op de sociale voorzieningen op Curaçao.

Ongeveer 12,4 procent van de arbeidsmarkt wordt door regionale migranten gevormd. Het ruime werkaanbod in relatief laag gekwalificeerde beroepen, maakt Curaçao aantrekkelijk voor migranten die vaak meer scholing hebben dan nodig is in deze beroepen, maar toch een hoger salaris verdienen dan in hun land van herkomst in een functie op eigen niveau.

Onderwijzeressen en verpleegsters uit Colombia en Jamaica werken in de huishouding op Curaçao. Veel migranten uit de regio werken in sectoren die niet populair zijn onder de lokale beroepsbevolking.

Daarnaast is er soms ad hoc veel vraag naar gespecialiseerde vakkennis, bijvoorbeeld bij grote bouwprojecten of grote onderhoudswerkzaamheden bij de Isla-raffinaderij of in de haven, of specialisten in de bouw of in de toeristensector bij de opening van een nieuw hotel.

Wel bevelen de onderzoekers aan om een migratie- en toelatingsbeleid te ontwikkelen dat zich op verschillende niveaus en arbeidsmarktsectoren richt. Dit is wellicht ook wenselijk voor de Curaçaose arbeidsmarkt om daar sturing op te ontwikkelen.

Uit de Census 2011 blijkt dat sommige beroepen op Curaçao sterk afhankelijk zijn van de arbeidsparticipatie van migranten. In bepaalde sectoren loopt dit op van 20 tot zelfs 50 procent bijvoorbeeld in huishoudelijke diensten, tuinonderhoud, in schoonmaak en het servicewerk in hotels en restaurants.

Ook in de bouw werken veel (mannelijke) migranten uit de regio in ongeschoolde maar ook in diverse geschoolde of specialistische beroepen. Hetzelfde geldt voor sommige professionele beroepen bij de raffinaderij, in de medische sector en in de haven.

De hoger opgeleide Haïtianen geven de voorkeur aan de VS of Canada. Haïtianen die naar Curaçao emigreren zijn doorgaans laag opgeleid, maar leren snel de taal en kinderen doen het goed op school. Eerst komen de mannen, daarna volgt in veel gevallen de rest van het gezin. Ze hebben sterke middenklasse-idealen van vooruitgang en zien hun toekomst buiten Haïti.

Onder Colombianen zijn vrouwen in de meerderheid, ze zijn doorgaans reeds semi-skilled of skilled. Curaçao beschouwen ze als relatief rustig en veilig, het wordt gezien als verlengstuk van Europa. Er is nauwelijks remigratie terug naar Colombia en als er mensen gaan, komen ze vaak toch weer terug naar Curaçao. Na migratie volgen vaak ook kinderen via gezinshereniging.Ook onder Dominicaanse migranten zijn vrouwen in de meerderheid.

De Jamaicanen vormen de kleinste groep en de groep die pas recentelijk naar Curaçao is gekomen, vrouwen werken veelal als hulp in de huishouding, mannen in de bouw. Wat betreft criminaliteit scoren Jamaicanen hoger dan de andere groepen. Ook in het land van herkomst is de criminaliteit hoog. Sommige geïnterviewde Jamaicaanse vrouwen herkennen dit binnen de gemeenschap en willen vanwege de hoge criminaliteit en onveiligheid in Jamaica ook niet meer terug naar hun land van herkomst.


Meer dat
a

Het onderzoek onder leiding van oud-UNA rector magnificus Jeanne de Bruijn en Maartje de Groot maakt deel uit van het Sociaal Economisch Initiatief (SEI) en is uitgevoerd in de periode 2010-2014 in opdracht van het ministerie van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (Soaw). Het SEI werd destijds in het leven geroepen om Curaçao een goede startpositie te geven, op het moment dat het op 10 oktober 2010 zijn nieuwe status aannam.

Binnen het SEI zijn tientallen projecten ontwikkeld die op verschillende manieren een bijdrage proberen te leveren aan de sociaal-economische ontwikkeling van het eiland.

Dit project, dat de naam ‘OMIC’ meekreeg, is één van de weinige onderzoekstrajecten. In dit rapport worden de aannames naast feiten gelegd. Dit onderzoek biedt de overheid handvatten om verder beleid uit te stippelen, en ministeries te benaderen die dit thema mogelijk nog niet volledig op het netvlies hebben.

Bron: Amigoe

door Nelly Rosa

Dit artikel is geplaatst in

Geef een reactie

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in

Zoeken

Recente reacties