Nina Jurna

“God heeft mij president gemaakt, dus een rechter van de Krijgsraad haalt me hier niet weg.” Dat zei de Surinaamse president Desi Bouterse (71) donderdagavond (lokale tijd) tegen zijn achterban.

De Surinaamse president Desi Bouterse (71) heeft donderdagavond gezegd dat hij ‘met een gepast antwoord’ zal komen nadat de aanklager woensdag twintig jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf tegen hem eiste in verband met zijn betrokkenheid bij de Decembermoorden in 1982. Toen werden in Fort Zeelandia vijftien tegenstanders van Bouterse’s militaire regime vermoord.

“De rechters zijn grappig. God heeft mij president gemaakt, dus een rechter van de Krijgsraad haalt me hier niet weg”, zei Bouterse op een speciale bijeenkomst van zijn partij, de NDP. “Mensen, gelooft u deze rechters alstublieft niet!”

Het was voor het eerst dat Bouterse publiekelijk reageerde op de strafeis. Hij zei dat er achter de schermen al druk werd overlegd over maatregelen. Maar “we willen absoluut geen chaos”, voegde de president er aan toe. Bouterse benadrukte dat er geen stappen ondernomen worden waarbij de regering kan worden verweten dat ze de democratie schaadt.

Amnestiewet
Eerder op de dag werd er in het Surinaamse parlement gedebatteerd over de strafeis tegen de president. NDP-fractievoorzitter André Misiekaba opperde dat een eventuele veroordeling niet uitvoerbaar is. Hij wees op de amnestiewet die in 2012 werd aangenomen. Daarin is bepaald dat alle verdachten van de decembermoorden van 1982 vrijuit gaan.

“In de rechtszaal kan de rechterlijke macht misschien de wet naast zich neerleggen en doen wat ze wil, maar buiten de rechtszaal geldt de wet. De amnestiewet moet gerespecteerd en gehandhaafd worden”, zei de partijvoorzitter. Maar oppositiepartijen in het parlement drongen er juist op aan dat de rechters in alle rust hun werk kunnen doen zonder daarbij belemmerd te worden.

Lees de analyse van de eis van het OM van Nina Jurna en Hans Buddingh’: Bouterse is niet langer onaantastbaar

Welke maatregelen Bouterse wil nemen, is nog onduidelijk, mogelijk doelt hij op het afkondigen van de noodtoestand waardoor de regering speciale bevoegdheden krijgt. Bouterse probeert al jaren via allerlei manoeuvres te voorkomen dat het strafproces tegen hem wordt voortgezet.

In 2016 waren er pogingen om het proces stil te leggen door artikel 148 uit de Surinaamse grondwet in werking te stellen. Volgens dat artikel kan worden ingegrepen in een strafproces als de staatsveiligheid in gevaar is. De krijgsraad legde dit besluit toen naast zich neer en zette de strafzaak tegen Bouterse voort.
Henk Herrenberg, partijgenoot van Bouterse en oud-ambassadeur, zei donderdagavond dat ingrijpen nu noodzakelijk is. “Wij zijn de regeringspartij, als er nu niet wordt ingegrepen dan belanden we in een burgeroorlog”, aldus Herrenberg “Er zijn mensen die daarop uit zijn.”

Bron: NRC