De man Y.W. (24 jaar) is door het Gerecht Eerste Aanleg veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar voor een gewapende overval op Toko Ping.
Op 8 augustus 2014 pleegde hij de gewapende overval en wist er met twee geldlades uit kasregisters met geld, opwaardeerkaarten van UTS en Digicel en sigaretten uit de toko vandoor te gaan.
De man werd alsnog aangehouden met in zijn bezit het vuurwapen en een deel van de buit. De politie werd snel gealarmeerd en wist de man met zijn medeverdachten op heterdaad tijdens de vlucht in een grijze auto aan te houden.
Het Gerecht oordeelde als volgt:
“De verdachte heeft zich samen met zijn mededaders, schuldig gemaakt aan een gewapende overval op een toko en daarbij verschillende goederen weggenomen. Ze hebben de eigenaresse van de toko en een aldaar aanwezig persoon geweld aangedaan en deze met vuurwapens bedreigd. Aldus is op grove wijze inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van deze personen.
Slachtoffers van misdrijven als het onderhavige kunnen nog lang last houden van de psychische gevolgen daarvan. Bovendien heeft het handelen van verdachte en zijn mededaders bijgedragen aan de gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving.
Verdachte en zijn mededaders hebben zich bij hun handelen enkel laten leiden door eigen geldelijk gewin en ervan blijk gegeven geen enkel respect te hebben voor de eigendommen en de lichamelijke integriteit van anderen. Het betreft een zeer ernstig en ergerlijk feit.
Het Gerecht is op grond van de aard en de ernst van de door de verdachte gepleegde misdrijven van oordeel dat slechts een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt, als passende straf in aanmerking komt. In het nadeel van de verdachte weegt het Gerecht mee dat hij in het verleden eerder voor een soortgelijk strafbaar feit is veroordeeld.
Zwaar weegt mee dat de verdachte ten tijde van het feit nog geen twee maanden op vrije voeten was na een eerdere detentie en ter zake van de daarop betrekking hebbende veroordeling nog in de proeftijd van de voorwaardelijke invrijheidstelling loopt.
Dit alles heeft hem er kennelijk niet van weerhouden wederom een (soortgelijk) strafbaar feit te plegen. Alles afwegende, en mede gelet op de straf die ten aanzien van dit soort strafbare feiten in vergelijkbare gevallen pleegt te worden opgelegd, kan niet worden volstaan met een andere of lichtere straf dan een gevangenisstraf van 5 jaar.
Het inbeslaggenomen vuurwapen, te weten het pistool Walther P5, dient te worden onttrokken aan het verkeer. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de bewezen verklaarde feiten met betrekking tot dit voorwerp zijn begaan. Het ongecontroleerde bezit van het vuurwapen is in strijd met de wet”,
aldus de rechter in diens vonnis.
Bron: Openbaar Ministerie