Het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag begint onderzoeken naar grootschalig geweld door leger en politie op de Filipijnen en in Venezuela. In het eerste geval gaat het om de ‘strijd tegen drugs’ die duizenden mensenlevens heeft gekost, in het tweede geval om het bloedig neerslaan van demonstraties.”
De hoofdaanklager bij het ICC, Fatou Bensouda, maakte dat vandaag bekend. Ze legde er de nadruk op dat de vooronderzoeken niet per se hoeven te leiden tot vervolging. Het ICC kan zich buigen over genocide, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, als nationale autoriteiten niet bij machte of onwillig zijn om strafvervolging in te stellen.
Duterte bereidwillig
De Filipijnse president Rodrigo Duterte liet via een woordvoerder weten wel voor het hof te willen verschijnen. ‘Hij zal uitleggen dat de strijd tegen drugs legaal is’. Bensouda betwijfelt dat. Ook al vallen er veel doden in de onderlinge strijd tussen bendes, met de zegen van Duterte worden tal van vermeende drugshandelaren en -gebruikers geëxecuteerd bij politie-acties, aldus Bensouda.
Daarnaast wil ze nagaan of veiligheidstroepen in Venezuela ‘buitensporig’ geweld hebben gebruikt tegen demonstranten en leden van de politieke oppositie. Ze laat ook nagaan of er extreem geweld tégen de ordetroepen is gebruikt.
Het ICC richt zich in toenemende mate op misdaden die buiten Afrika zijn begaan. Waren het tot dusverre met name Afrikanen die voor het hof werden gedaagd, nu lopen er ook onderzoeken naar geweld door Israëliërs tegen Palestijnen, en door Amerikanen en andere strijdende partijen in Afghanistan. Afrikaanse landen hebben zich er bij herhaling over beklaagd dat het hof met ‘twee maten meet’, door zich vrijwel exclusief te richten op Afrika. Voor Burundi was het zelfs een reden om zich terug te trekken uit het Verdrag van Rome, dat de grondslag vormt voor het begin deze eeuw opgerichte hof.
Bron: Volkskrant