Willemstad – Premier Sarah Wescot-Williams gaat volgende week toch naar de Koninkrijksconferentie op Aruba. Eerder had ze besloten niet te gaan, omdat ze een bezoek aan Panama had gepland. Daarom zou vicepremier Dennis Richardson naar Aruba gaan.
Advertentie
Wescot laat deze krant weten op haar beslissing te zijn teruggekomen op verzoek van Aruba.
Met Wescot-Williams erbij zijn op 2 april alle premiers van het Koninkrijk aanwezig op Aruba.
,,De conferentie is een belangrijk forum voor het Koninkrijk en we zijn om verschillende redenen al sinds 2011 niet bij elkaar geweest”, verklaart Wescot- Williams het belang van haar aanwezigheid.
Ze wil ermee aantonen dat ze de cohesie in het Koninkrijk – een van de onderwerpen die door gastland Aruba is geagendeerd – ook belangrijk vindt. Minister Ronald Plasterk van Koninkrijksrelaties liet vorige week weten dat Curaçao het onderwerp kinderrechten trekt, Nederland economische samenwerking en Aruba trekt naast de cohesie in het Koninkrijk ook het onderwerp ‘kleine landen, grote uitdagingen’.
Voor Aruba is verbondenheid (cohesie) belangrijk, omdat het de mogelijkheid biedt zich als burger of groep van burgers te identificeren met het Koninkrijk.
Het onderwerp over kleine landen gaat in op de kwetsbaarheid van eilanden en duurzame ontwikkeling.
In 2010 is besloten jaarlijks een Koninkrijksconferentie te houden, maar na 2011 gingen de edities van 2012 en 2013 niet door.
Onder andere regeringswisselingen op Curaçao en Sint Maarten zaten de organisatie in de weg.
Vorig jaar werd wel een informeler ‘Koninkrijksberaad’ gehouden.
Zoals het er nu naar uitziet zal het dit jaar weer een echte Koninkrijksconferentie worden. Daar zullen dan ook de reportages besproken worden van de vier werkgroepen die in 2011 werden ingesteld.
Die hebben gekeken naar samenwerking, knelpunten in het Statuut, geschillenregeling en het interlandelijk personenen goederenverkeer.
De conclusies van de conferentie worden vastgelegd in een slotdocument dat door de delegatieleiders en de voorzitter wordt getekend.
Bron: Antilliaans Dagblad
Advertentie